Route (26 dagen, 2400 km): (SPANJE) Santiago de Compostela - Ourense - Bande - (PORTUGAL) Porto do Homem - via stuwmeren (da Canuçada, da Venda Nova, do Alto Rabagão) - Chaves - Vila Real - Viseu - NP Serra da Estrela - Silvares - Orvalho - Serta - Tomar - Evora - Beja - Castro Verde - Ourique - Odemira - Sagres - Albufeira - Vila Real ste Antonio - (SPANJE) Dos Hermanos (Sevilla) - Utrera - Ronda - Antequera - Granada - NP Sierra Nevada - Motril - Balerma
Donderdag 21 oktober 2021 (172 km) - Thermaal baden
Een mooie dag om weer te gaan rijden. Na de Carrefour kiezen we vooralsnog de snelste weg, de tolweg. Golvend gaat het door bosrijke gebieden. Bij Ourense gaan we op zoek naar de warmwaterbronnen waarvan de stad bekend is. De Romeinen wisten dat indertijd ook al. In het centrum zijn zelfs een paar warmwater fonteinen. Die zoeken we niet. Uiteindelijk vinden we een mooi gelegen bad langs de rivier. Maar… covid gooit ook dit in de war. Gesloten!
Dan maar koersen op het zuidelijker gelegen Bande (met dank aan Bärbel&Burkhard). Bande zelf is ieniemienie. Evenwel op de mooie route richting Portugal is het daar ineens. Een prachtige plek aan een meer, waar thermale bronnen hete baden bieden. We zijn niet de enige (camper). BusCA op een mooie (bivak-) plek gezet en hups het water in. Knap heet, maar het went snel. Heerlijk is het er. In de natuur, ruimte, rust, gezelligheid. Hippietypes vermaken zich zoals gebruikelijk: hanging around en bloot in de bak. Daarna afkoelen en rusten. Heerlijke avond en stille nacht.
Vrijdag 22 oktober 2021 (125 km) – Van bad in Spanje naar bos in Portugal
Ontbijt en dan badderen. De zon is inmiddels goed op stoom. Heerlijke uurtjes. Na de middag vertrekken we richting grens. We tanken nog een keer van de goedkope Spaanse diesel (1,31) en verder door een schitterend grensoverschrijdend natuurpark.
PORTUGAL
De grens! Ach de grens. Een ouderwets stenen gebouwtje markeert de plek waar ooit paspoorten gecontroleerd werden. En verder gaat het over de kleine weg geflankeerd door steile dalen en rotswanden. De zon licht alles op, de verkleurende natuur wordt bijna goud. Het is ook een leeg gebied maar vol van stuwmeren. We buigen af naar het oosten. Onze reisgids beloofde een mooie route naar Braganca. Zeker het tweede deel is prachtig. Voor de nacht eindigen we in een mooi bos. Genieten van de omgeving, lekker eten, elkaar en muziek.
Zaterdag 23 oktober 2021 (157 km) – Moeders pappot en een stadion-P
De hele ochtend genieten we van “ons bos”. Een man op een quad passeert en kijkt verwonderd op. We vervolgen en beginnen te aarzelen of we helemaal door gaan rijden naar Braganca. Eerst maar lunchen in dat kleine “restorante typico”. We zijn al voorbij de inrit, dus gaan we er achteruit alsnog op. Moeders snelt naar buiten en wenkt ons enthousiast. Duimpie! Yes, dit belooft iets goeds. Er is een klein terras waar al een paar mensen eten. In de bergen eet men om twaalf uur en ’s avonds om zeven uur, vertelt mevrouw in lekker Frans. Zo, dat is comfortabel. Als zesjarige verhuisde ze met het gezin naar Frankrijk, zoals heel veel mensen uit deze streek. Om geld te verdienen. Als dertigjarige keerde ze terug.
Vis of vlees? We doen én én én een karafje wijn. Dan wacht je af. G’s bacalhau (gedroogde en gezouten kabeljauw dan wel bakkeljauw) is superzout en mijn entrecote vereist bijna een zaag. Maar de stemming op het terras en de kordaatheid van moeders vergoeden alles. Leuke mensen, innige uitwisselingen in alle talen.e
Een eindje voorbij Chaves besluiten we zuidelijk te gaan. Het landschap is wel heel veel meer van hetzelfde. Mooie route. Tot we bij de Autoestrada Transmontana zijn. Yes, precies op tijd voor wat snelle kilometers. Althans een half uur lang. Want de wijn wordt voelbaar. Bij Vila Real vinden we een hele ruime plek op een lege parking naast het stadion. We kijken uit over een dal dat overbrugd wordt door een enorm viaduct op hoge poten. Prachtig.
Zondag 24 oktober 2021 (95 km) – Poezenmeneer en Max
In de ochtend is ie er weer, de Poezenmeneer. Net als gisteravond lokt hij poezen die hier een vrij leven genieten. Met water en blikjes kattenvoer is ie in de weer. En de katten? Die trekken zich terug zodra ze hun buikje vol hebben, onaangedaan door al die dierenliefde. Want denk maar niet dat ze zich laten aaien, tot frustratie van onze poezenmeneer. Speurend naar de katten loopt hij een paar rondjes en verdwijnt dan ook maar. Er zijn meer mensen die hier komen joggen. Misschien wel omdat dit een van de weinige horizontale plekken in de omgeving is?
Deze keer zoeken we serieus naar ons volgende verblijf. En zowaar in de Acsi-gids vinden we een camping die prima is, prachtig ligt en goede wifi heeft. Want Max heeft de pole en we willen zien hoe dat afloopt daar in Austin.
We rijden de snelweg. En oh bijzonder, die verlaat de stad over het indrukwekkende viaduct dat ons uitzicht was. Mijn weg- en waterbouw-maatje is sowieso onder de indruk van alle snelweg kunstwerken.
De route is prachtig. De mooie weg golft door een wijnbouwgebied. De kleine stokken van de porto-druiven staan trapsgewijs op steile hellingen en vlammen op in herfstkleuren. Vrij vroeg in de middag arriveren we op camping “Quinta Chave Grande” bij een nietig gehucht, Casfreires. En jawel, wie zijn daar ook: Bea&Roy. Wat een toeval!
De camping ligt in een klein dal met prachtige (fruit, olijf, eik, tamme kastanje) bomen en groen gras. Ook hier is het herfst. En ruimte. Want samen met nog een derde (NL) camper staan we op een camping voor 85 kampeerders. De vogels laten zich volop horen. Met een borreluurtje praten we eind van de middag bij met onze buurtjes. En dan is het alweer snel tijd om de warmte van onze campertjes op te zoeken.
Zo en wat doet de wifi het fantastisch. We kunnen de Formule 1 met voor- en nabeschouwing van begin tot het spannende eind ongestoord volgen. Poeh, we hebben nog even tijd nodig om af te kicken. Net als heel veel mensen all over the planet. Zinderend!
Maandag 25 oktober 2021 – De losse handrem
We genieten van de rust en maken een wandeling. In een gehuchtje rusten we even. Geen levend wezen is er te zien. De dorpen lopen leeg. Maar er zijn achterblijvers. Uit een huis tegenover ons klinken stemmen. Voor het huis staat op de hellende straat een bestelauto. We schrikken als die ineens een meter achteruit rolt. De garagedeur gaat open. Een oude man komt naar buiten met spullen, doet de klep open en legt het erin. In ons beste Portugees (!) proberen we hem duidelijk te maken dat de auto niet stabiel staat. Hij snapt het niet en wisselt wat uit met zijn oude minidametje (hoofddoek, jasschort, zwartbekousde O-beentjes) en haalt nog meer vracht. G gooit er een schepje bovenop en beeldt uit wat het probleem is. Dan snaptie het en kruipt hij in de cabine om de handrem aan te trekken. Poeh, we zagen het al gebeuren. Zeker toen de twee oudjes achter de auto ons niet begrijpend aan staarden.
Vanavond maken we gebruik van een service van de camping. Samen met Bea&Roy gaan we eten in een restaurantje in een dorpje verderop. Het restaurant haalt en brengt ons. Zo! We hebben een hele leuke avond. G en Bea genieten van een typisch Portugees visgerecht: Arroz Marisco. In een aardewerk stoofpot is rijst met vis, gamba’s, krab, kreeft, schelpdiertjes in veel vocht.
Dinsdag 26 oktober 2021 – Campinglife
Luierdag met regeldingetjes. En G doet zijn lievelingscampingklusje: het poetsen en in de was zetten van de velgen, want “dan rijdt het veel lekkerder”!
Eind van de middag: gezamenlijk burenborrel en gezamenlijk eten. Kliekjesdiner: rijst-met-vis van het restaurant en een rijstgerecht van Roy.
Woensdag 27 oktober 2021 (155 km) – NP Serra da Estrela
Afscheid van onze campingbuurtjes en daar gaan we weer. We rijden een mooie route die schitterend wordt in de klim naar het Serra da Estrela Nature Park. In een diep en steil dal ligt Manteigas waar we een voortreffelijke lunch genieten. En dan is het weer klimmen geblazen. Ook dit tweede deel is indrukwekkend. Wat een mooi gebied is dit.
We zoeken kleine routes die ons door een vriendelijk golvende vallei in westelijke richting brengen. Op een van de vele kleine gravelpaden vinden we een prachtige nachtplek. Het klokje van een dorpje (Barco) verderop piekt wit boven de witte huisjes uit en laat zich op vaste tijden horen. Met een restje vlees van de lunch en verse groenten, maak ik een heerlijke soep.
Donderdag 28 oktober 2021 (141 km) – Frits en Manuel
Feestelijk reveille. Vanuit het dorp klinken knallen en ook de fanfare laat zich horen. Mooi begin van de zonnige dag.
We kronkelen verder naar Coita (bij Tomar) waar een oude reisvriend (Marokko 2007) ons verwacht. In een wegrestaurantje eten we temidden van andere weggebruikers. Een prachtig voorbeeld van wat hier gebruikelijk is. Dagmenu. Keuze uit: vis, vlees, kip, vega (bonen), wijn en/of water en hop daar is het. Gegarneerd met rijst en frietjes. Salade en groenten horen er niet zo bij. Tempo-bediening en tempo-eten, zeg maar. Toetje ook nog en dat alles voor 14 euro voor ons samen. Okee, geen hoog-culinair gehalte natuurlijk. Maar toch!
Halverwege de middag laat Frits ons weten, dat ze thuis zijn. Een uurtje later zien we elkaar na 14 jaar weer terug. Bijzonder. Natuurlijk is er nogal wat bij te praten. En te bekijken. Want de tuin is een in dertig jaar opgebouwd paradijsje. Het is een jungle in het klein. Voor het avondeten rijden we naar Tomar, een klein en mooi stadje. We wandelen er rond en Manuel, die hier geboren en getogen is, vertelt enthousiast over zijn Tomar.
We slapen naast het huis van Frits&Manuel een rustige nacht die in de vroege ochtenduren verstoord wordt door een leger kraaiende hanen.
Vrijdag 29 oktober 2021 (160 km) – Kurkeikenroute
Afscheid van onze vriendelijke en gezellige gastheren. Ook vandaag staan snel- en tolwegen uitgeschakeld.
In een dorpje bij een stuwmeer (Montargil) vinden we een knus en goed restaurantje. G test een ander echt Portugees gerecht uit: Migas, een gerecht van geweekt brood met varkensvlees. Niet echt tot genoegen. Het vlees is heel erg zout en het geweekte brood te papperig.
Verder trekken we op weg naar Evora, een stadje met nogal wat moois. Maar de route mag er ook wezen.
Door een heuvelig landschap met eindeloze boomgaarden kurkeiken gaan we.
Vlakbij Evora stuiten we op een lang en groot aquaduct gebouwd op fundamenten uit de Romeinse tijd.
Op de camping (Orbitur) vinden we een ruime plek in een internationaal gezelschap. Het is nat en koud.
bijna de hele middag regent het. Knus in de bus dus…
Zaterdag 30 oktober 2021 (127 km) – De kathedraal en beentjes&botjes in Evora
Poeh, dat was een onstuimige nacht! Windstoten en bakken regen kregen we te verduren. De ochtend heeft niets anders in petto. We vissen de regenjassen op en wandelen het stadje in.
De kathedraal heeft iets stoers zowel buiten als binnen. Maria heeft een gouden altaar en de rest is van bruine steen met witte voegen. We klimmen in de toren en wandelen over het dak. Door de grijze natheid heen kijken we neer op de stad van witte huizen en oranje pannendaken.
Op het plein schuilen (en lunchen) we in een klein restaurantje. Dan wandelen we naar het kerkje waar de beroemde, of beruchte zo je wilt, zijkapel is die gegarneerd is met menselijke schedels en beenderen. De verlichting geeft net genkeg zachtheid aan dit merkwaardige decor.
Terug in BusCA kiezen we de route voor het vervolg. Zuidelijk, richting Algarve gaan we. Het weer moet daar beter zijn. Over de IP2 (provinciale weg) schiet het prima op. Mooi en rustig golft het landschap om ons heen. Kurkeiken nog steeds, eucalyptussen, lariksen en amandelboomgaarden.
In Castro Verde vinden we een plek op een bijzondere Campismo. Het houdt het midden tussen camperplek en huisjescamping. Er staan een paar kampeerders die zich voor lange tijd geïnstalleerd lijken te hebben. Regen en wind zijn tot bedaren gekomen. De nacht is een stuk rustiger zo.
Zondag 31 oktober 2021 (114 km) – Naar de oceaankust
Het is bijna wennen als de ochtend stralend, zonnig en warm begint. We maken kennis met Cobi&Gerard (jawel!) die met hun campertje ook op weg zijn naar het zonnige zuiden.
Mooie rit via Ourique naar het mooie Odemira, waar we lunchen. We houden genoeg stooflamsvlees over voor een mooie soep vanavond. Ook nu rijden we door golvend landschap met kurkeiken en witte dorpjes. Vandaar gaan we richting oceaankust. En jawel, de regen heeft ons alweer ingehaald. Vlak voor Aljezur rijden we via onverharde paden nog even naar het strand. Maar daar is het een en al vochtige grijzigheid. Op camping Serrão staan we nat en zielig in een eucalyptusbos. Die gumtrees zien we in dit deel van Portugal volop en het brengt ons steeds weer terug in Australië, waar ze écht thuis horen. De lamssoep en onze muziek maken het tóch nog tot een mooie zondagavond.
Maandag 1 november 2021 (97 km) – Regen, maar ook ‘n wasmachine en droger
De buurvrouw laat haar katje uit. Sigaretje en mok koffie completeren haar wandelingetje. Het regent maar weer eens. Desondanks sjouwt G het hele eind naar de douche en komt schoon en blij terug mét croissantjes en stokbrood.
Zuidelijker slaan we af naar een van de praia’s (stranden). De gehoopte surfers zijn er niet. Wel een magnifiek uitzicht over de dampige oceaan. Kijk dat is een goed koffiemoment. Het is er best druk, maar ja Katholiek Portugal herdenkt Allerzielen en Allerheiligen en dat betekent een lang vrij weekend.
Later rijden we over een iets grotere weg naar het “meest zuidwestelijke” puntje van Europa. Mooie kaap met een stoer fort op de punt.
In het dorp (Sagres) vinden we een Italiaan met halfoverwerkte obers, die de drukte managen door dwars door mensen heen te kijken. Gelukkig slagen wij er wél in om de aandacht op onze eetnood te richten. Ha en daar is het: carpaccio, caprese en spaghetti!
Vlak voor Lagos vinden we op Parque Orbitur Valverde, een eenvoudige camping, een goed thuis. Mét wasmachine en droger. Zo, dat is dan ook weer gedaan. Luxe. En jawel het regent nog steeds sinds de lunch. De wifi is “fast”. Op papier dan. Want in de realiteit houdt die zich (on)behoorlijk schuil.
Dinsdag 2 november 2021 (145 km) – Joekels van campers en ‘n afscheidsdiner
Al bij het ontbijt heeft de overbuurman de tv aan. De speaker zit aan onze kant en dan valt het niet mee om je krantje te lezen. Eenmaal onderweg breekt de zon door. Heerlijk. In Albufeira leggen we aan. Maken foto’s om Iza terug te brengen in de tijd en genieten we een heerlijke lichte lunch. Met Oceanview. Yes!
We snellen een stukje over de tolweg en toeren dan over kleinere wegen aan de kust. In Vila Nova de Cacela vinden we de slagboom van de camperplaats Manta Rota gesloten. De beheerder viert zijn vrije dag. Maar direct zijn er Nederlanders die ons verwijzen naar een parkeerplaats verderop. Daar mag je zonder probleem voor een nacht staan. Dat past ons, per slot hebben we geen plannen om hier te overwinteren zoals al die joekels van (meest Duitse) campers.
We ontdekken een restaurantje in de duinen bij de zee. Om zeven uur sluiten we deze laatste Portugaldag heel waardig af. En dat, terwijl in NL de coronamaatregelen worden aangescherpt! Wij lopen al heel lang nergens meer binnen zonder mondkapje!
Woensdag 3 november 2021 (171 km) – Zon! en Spanje weer in
We worden wakker van de zon, precies zoals je dat zou verwachten in de Algarve. Door het moerasgebied tussen ons stranddorp en de grensrivier bij Vila Real de Santo Antonio toeren we nog aan de kust. Dan rijden we over de Via do Infante (snelweg) de laatste kilometers in Portugal naar Spanje.
SPANJE
Het vlakke gebied in deze uithoek van Spanje rijden we over de snelweg. Anderhalf uur ongeveer is er te gaan naar Dos Hermanas (Camping Villsom) bij Sevilla. Koffie en sanitaire stop onderweg en begin van de middag zijn we geïnstalleerd. Heerlijk een middagje tuttelen, schrijven, contacten en het aanschouwen van campinglife.
We verkneukelen ons een beetje. Joey (kleinzoon) komt vandaag met zijn (middelbare school-) klas met de bus vanuit Malaga naar Sevilla. Morgen en overmorgen is hij er op excursie. En wij ook! Tjonge, stel je voor dat we elkaar tegen het lijf lopen. Hoe erg moet dat zijn voor een puber…
Donderdag 4 november 2021 – Het moois van Sevilla en Joey
Met de bus rijden we naar het Plaza de Espana. Vandaar wandelen we in een krap half uur naar het oude centrum. Al in de bus raken we onder de indruk van de rijke uitstraling van deze stad. Brede groene lanen, ruime trottoirs, het lommerrijke Parque Maria Louisa, schitterende statige -koloniale- gebouwen. We passeren het Alfonso XIII Hotel, een superluxe hotel in een oud majestueus gebouw met een weelderige tuin.
In het centrum worden we overweldigd door de pracht van de gebouwen en de sfeer van rust en ruimte die er ook is. Eerst aan het werk. De tickets voor de kathedraal kunnen online bemachtigd worden. Dat scheelt een half uur in de wachtrij voor de fysieke kaartjes. Zo, en dat heeft nog heel wat voeten in aarde. Na de nodige tijd en frustraties lukt het uiteindelijk.
We beklimmen eerst de (48 m hoge) La Giralda toren. Dat gaat hier niet met trappen, maar via hellinkjes die steeds een meter hoogte overwinnen. Dat is zo, omdat deze voormalige moskee vijfmaal daags beklommen moest worden door de imam en die deed dat per ezel (met dank aan Joey). Het uitzicht is mooi. Genieten van het uitzicht over de stad en we schrikken ons een hoedje als de klok slaat. Dan wandelen we rond in de grote bankloze kerk. Snuiven de sfeer op en constateren dat we bijna een kathedraal-overdosis hebben. Evengoed: dit is (na de St Pieter en St Paul’s) de grootste kathedraal van Europa. De bouw startte in 1401 en een eeuw later was hij klaar.
Buiten warmen we ons in de zon. Op een terrasje in de beroemde wijk Santa Cruz laten we het andere Sevilla binnenkomen. Dat van de smalle straatjes, de charmante witte huizen met betraliede ramen, sinaasappelboompjes, terrasjes en het kabbelende geluid van wandelende en babbelende mensen.
We eten een tapaslunch en dan bellen we Joey. Hij blijkt ergens in de stad op fietsexcursie met zijn middelbare schoolklas. Ze zijn op weg naar het hostel waar ze verblijven. Tjonge, en dat ligt welgeteld drie minuten lopen bij ons vandaan, net aan de andere kant van de kathedraal.
Wat een bijzonder kort en krachtig weerzien beleven we daar op straat! Maar tien minuten is genoeg tijd om de ouders dan eindelijk een foto van hun zoon te sturen. Maar ook kunnen we nog veel uitwisselen van wat we gezien hebben en nog gaan zien. Dan gaan we weer ieder onze weg.
Het Paleis Real Alcazar. Wat een adembenemend mooi gebouw is dit. Aan beschrijvingen begin ik hier maar niet. Die zijn volop, en veel beter dan ik het zou kunnen, op het internet te vinden. Om over de tuinen maar niet te spreken. Zelfs met de rondwandelende toeristen, is dit een oase.
Tijd voor een drankje en rondkuieren in de oude wijk. We stuiten op een locatie waar eind van de middag een Flamenco-voorstelling gegeven zal worden. Deze is vroeg en dat is precies wat we willen.
En wat is het een mooi en intiem (zo’n dertig mensen) gebeuren. De gitarist, zangeres, zanger, danseres en danser gaan intens op in de muziek. De ontroering die bij deze “smartelijke” muziek hoort, is direct voelbaar. Iedereen is in de ban. Geweldig.
Als afsluiting van onze Sevilla-dag kiezen we een gezellig restaurantje. Tafeltje binnen, want de afkoeling heeft ingezet. Een groepje NL-sprekende pubers komen binnen. Heeee! Zijn jullie van het Laurens, vraag ik. Dat zijn ze en Joey kennen ze ook. Hij zit ergens een eindje terug in de straat. G belt hem. Niet veel later is Joey bij ons. In het restaurant zijn nog meer schoolgenoten aanwezig. De gids had dit restaurant aanbevolen. Joey eet met ons mee. We genieten van zijn blijheid en enthousiasme.
We lopen met Joey naar zijn Hostel, afscheid en verder door naar de busstop, nagenietend van alle belevenissen. Moe en voldaan schuiven we onder het dons in de koude avond.
Vrijdag 5 november 2021 (130 km) – Mooie en vlotte rit naar Ronda
Vandaag gaan we naar Ronda, een bijzonder stadje dat bovenop de rotsen op de rand van een diepe kloof is gebouwd. Prima plek natuurlijk om vijanden te zien naderen. Want dit gebied kent een lange geschiedenis van overheersing door Romeinen en Moren en schermutselingen tussen de Iberische koninkrijken. Onderweg lunchen we in een van de typische wegrestaurantjes waar onveranderd mannen-op-leeftijd van elkaar en een borreltje genieten.
Ook hier zijn er in het landschap van glooiende bergen olijfbomen en kurkeiken, geflankeerd door eucalypten en lariksen, een bijzondere combinatie op de leemkleurige bodem.
In Ronda lopen we vast op een forse concentratie van scholieren, die met auto’s en bussen van school gehaald worden. Maar ja, we kiezen dan ook een route dwars door het stadje in plaats van er omheen. De camping (El Sur) ligt een paar kilometer buiten Ronda. We voelen ons er meteen thuis, niet in de laatste plaats door een kordate Française die er de scepter zwaait. Tijd om van het zonnige weer te genieten.
Zaterdag 6 november 2021 – Campinglife
Huishoudelijkheden, handwasje, ditje, datje, praatje hier en daar. Zo’n dag dus. En… de F1-kwalificatie gevolgd natuurlijk.
Zondag 7 november 2021 – Ronda-rondwandeling
Heuvel op en af wandelen we naar Ronda. In de Plaza de Toros fantaseren we over de vele stierengevechten, die hier gehouden werden. Nog steeds vult deze “oudste stenen arena van Spanje” zich enkele keren per jaar met publiek, stieren en toreadors.
De straatjes in het oude deel van de stad zijn -natuurlijk- wit en lieflijk. Vol bewondering hangen we over de stenen rand om te zien hoe de Puente Nuevo vanuit de 100 m diepe kloof oprijst om de twee kanten met elkaar te verbinden. Het bouwen was een knap staaltje 18e-eeuwse techniek. Op het Balcon del Tajo (het voormalige stadhuis) vinden we een mooi plekje voor een lunch met een geweldig uitzicht op de kloof, de witte bebouwing en de groepen toeristen, die hier vanuit Malaga naar toe worden gesjouwd.
Terug in BusCA kunnen we uitrusten en bekijken we de race. Hoewel, met horten en stoten via de wifi van de camping en/of 4G. De verbinding met het internet was totnutoe prima, maar een grote groep nieuwkomers, Fransen, strooien roet in het internet eten. Afijn, de start en de uitslag zijn wel zeer bevredigend. Daar drinken we op!
Maandag 8 november 2021 (163 km) – Los Pueblos Blancos, een rondrit
Deze keer rijden we om Ronda heen naar de A-374. Verder westelijk slaan we af om over slingerende bergweggetjes op te klimmen. Lariksen, eiken, dennen flankeren de smalle slingerende asfaltweg. Maar niet steeds. En dan genieten we van prachtige vergezichten over de dalen waar plukjes wit de dorpen verraden. We slingeren door het eerste witte dorp, Grazalema.
Bij uitzichtpunt Puerta de las Palomas (1357 m) kijken we uit over de verre omgeving. En dan zijn we dan toch eindelijk in Zahara. Alleen al voor de naam wilden we hierheen! We wandelen door de smalle straatjes met de vertrouwde witte huizen met balkonnetjes en ramen waar onveranderd smeedwerk voor zit. Op een van de weinige horizontale stukjes zijn een paar terrasjes. Daar strijken we neer. Heerlijke rust is daar. Dit dorpje wordt uiteindelijk ons favoriete pueblo blanco.
Later in de middag kleurt de ondergaande zon het beboste landschap en de witte dorpen zachter. In het donker zijn we via de prachtige A-396 terug op de camping.
Dinsdag 9 november 2021 (84 km) - Landelijke rit naar Ardales
Naar Sentenil de Bodegas gaan we om te beginnen. We zien nauwelijks wijngaarden, olijfbomen des te meer. Parkeren in een dorp als Sentenil, dat gebouwd is op de flanken van bergen, is een hele uitdaging. De rotswoningen bezoeken we toch maar niet. Vanaf hoogte zien de huizen er uit als gewone huizen. Dat ze in de rots doorlopen is aan de buitenkant niet te zien. We moeten er bovendien nogal wat trappen voor af en op…
Vanaf hier rijden we over rustige kleine weggetjes omringd door olijfgaarden, langs eikenbomen en akkers naar Ardales, waar de “camino del rey” (een historisch wandelpad aan de rotswand van een nauwe kloof) te vinden is. Met moeite krijgen we nog een plek tussen de bomen op Camping Parque Ardales aan een stuwmeer. Net als in al die andere meren staat ook hier het water laag. De ontvangst aan de receptie is, zacht gezegd, bars. Informatie of medewerking om aan tickets te komen, kunnen we vergeten. Ook het internet is niet in een goede bui. Het lukt gewoonweg niet. We zien morgen wel…
Woensdag 10 november 2021 (50 km) - Van de Camino del Rey die niet ging
Langs de niet al te brede bergweg lukt het nog net om een parkeerplaatsje te vinden. De Camino del Rey is een populaire bestemming. Hele groepen worden in bussen aangevoerd. Inmiddels weten we, dat er pas vanaf 23 november weer tickets beschikbaar zijn. Oké, met die duidelijkheid kunnen we dealen. Maar de mooie wandeling naar de noordingang van het wandelpad kunnen we wél maken. De toegang naar de camino wordt gereguleerd door middel van tickets met tijdsloten. Het is ook niet zomaar een wandelpad. Het gaat langs de steile rotswanden van een diepe kloof. Hoogtevrees is hier niet echt handig.
Veel mensen staan te wachten tot ze mogen gaan, voorzien van helm en instructies. Wij hebben het toekijken. Jammer, maar te wandelen met zoveel volk om je heen, is ook niet alles. Terug dus en vanaf een hoog uitkijkpunt bezien we de omgeving onder het genot van een bakkie troost.
Dan rijden we naar de zuidelijke toegang (Chorro) van het wandelpad. Of beter, het is de uitgang aan de zuidkant. Het pad is eenrichting en de wandelaars komen hier aan om door bussen teruggebracht te worden naar het beginpunt, de noordingang.
Op het enige terras van een restaurant genieten we van uitzicht en voedsel. G krijgt een enorme entrecote waar we samen van eten. Dan nog is er zoveel over, dat het later nog eens op de Busca-tafel verschijnt.
We oriënteren ons inmiddels op een verblijf aan de kust om eindelijk eens wat zomers weer te krijgen. Dus zoeken we een camping met goede wifi voor het weekend (formule 1). Maar eerst gaan we naar de Sierra Nevada ten zuidoosten van Granada. En jazeker, het Alhambra gaan we overslaan...
Ook nu weer toeren we over prachtige weggetjes. In Antequera voegen we ons op een parkeerveldje op een bult bij een paar campers. Wat een mooie plek is dit. De wegen met verkeer rondom vallen als bezwaar helemaal weg.
We kijken uit over de witte stad, maar vooral op het oude Castillo. Schitterend. G buurt met de buurmannen, ik schrijf en lees.
Donderdag 11 november 2021 (147 km) - Door het Castillo en op de Sierra Nevada
Pardoes rijden we het oude stukje Antequera in. We passen net in de smalle straatjes. Een prima parkeerplekje redt ons. Wandelend klimmen we op naar het oude Castillo (fort), Alcazaba. Ook hier is weer te zien, dat er achter al die voordeuren van de witte huizen kleine betegelde halletjes schuil gaan. De deuren staan open, als er iemand thuis is. Ergens staat er een oude dame in de deur. Of we even mogen kijken. Mevrouw is verguld. Niet alleen het halletje, maar het hele huis mogen we zien. Binnenplaatsje door, daar is ook de badkamer, naar een grot. Het hangt er vol met sleutelhangers en andere spulletjes, er staan kleurige kunstbloemen en een half afgebouwd model van het castillo-in-kurk. Ze is apetrots op deze ruimte. De huiskamer is een uitstalling van familiefoto’s. Haar man, god-hebbe-zijn-ziel, was bij de Guardia Civil en ze wijst op het portret van een stoere knappe man. In ratelend Spaans geeft ze uitleg bij iedere foto.
Het bezoek aan het fort en de bijbehorende kerk Sta Maria la Mayor is een heerlijke ervaring. Veel mensen zijn er niet. We wandelen er rond met een Nl-gesproken uitleg. Uitleg? Dat ook natuurlijk, maar vooral worden de verhalen verteld van concrete mensen. Dat maakt dat de werkelijkheid van toen gaat leven.
Op de camperplek in het stadje lozen we. Dan kiezen we de snelweg richting Granada. Vandaar rijden we de sterk klimmende weg, de A-395, naar het hoogste punt (2.508 m) van het gebergte en natuurpark, de Sierra Nevada. Volgens Capitool Reisgidsen Spanje zou dit de hoogste weg van Europa zijn. Uiteindelijk staan we op een parkeerplaats in het kleine skigebied. Het heeft helemaal die sfeer, hoewel alles in verval lijkt. We krijgen een schitterende zonsondergang voorgeschoteld. De kachel snort, want de temperatuur daalt onder het vriespunt.
Vrijdag 12 november 2021 (161 km) - Van hoge kou naar lage warmte
Als we gaan wandelen is het nog koud. Ingeduffeld genieten we van het berggevoel. Ondertussen is een van de kleine houten tentjes geopend. Cappuccino met een wafel wordt het. Al vanaf vroeg komen er mensen naar boven om te wandelen. Zo zien we iemand die in de auto aankomt met fiets en skispullen. Dan fietst hij, de ski's op de rug gebonden, naar het enige dalletje waar sneeuwmachines de illusie van wintersport hoog proberen te houden.
Het is voor de mensen die hier de kost moeten verdienen een en al ellende, wordt ons verteld. Covid verpestte het vorige seizoen, deze zomer was er heel veel wateroverlast en het winterseizoen komt steeds later op gang. Bij het “hotel” kunnen we een wc vinden. We gaan er binnen en treffen er de uitbater slapend aan. Ook hier oogt het treurig en verlopen. We gunnen hem onze klandizie. De gebruikelijke grote bak sla krijgen we en gebakken eieren met gestoofde mediterrane groenten. Natuurlijk is het ook weer veel te veel, we eten er later thuis nog eens heerlijk van. Het is hier dat G zijn fantastische nieuwe blouse achterlaat…
Naar beneden gekronkeld en hoppa over de autoweg richting Almeria. De schok is groot als we aan de kust zijn. Al snel is het landschap vergeven van de “kassen”. Nee, het zijn niet het glazen soort die wij in onze streken gewend zijn. Hier zijn ze van plastic, grijs, vuil en ondoozichtig. Vanaf de autosnelweg kijk je neer op een en al grijze grauwheid.
Wat er groeit kunnen we vooralsnog niet ontdekken. We vinden, dat het kustlandschap er danig door is verpest. Maar ja, ook hier moeten mensen de kost verdienen…
Camping El Azur. Nee, we hebben niet gereserveerd. In eerste instantie worden we afgepoeierd. Ter verdediging van de norse receptionist: hier “wonen” mensen (lees: Duitsers) het hele seizoen op lang vooraf gereserveerde plekken. Maar gelukkig, er is een “straatje” zonder stroom waar we terecht kunnen. Er zijn een paar verdwaalde Nederlanders, Belgen en Engelsen, maar het is in feite een kleine Duitse stad. Enorme campers hebben zich in de afgebakende plekken geperst omringd door terrassen (van de aanhanger), scooters, fietsen, steppen, bbq en wat al niet.
Maar de wifi is goed. En meer nog: eindelijk een camping waar het restaurant open is. Er is een piepklein winkeltje voor de belangrijkste dingen. En er is ZON. Na de vrieskou laten we nu zomaar 20 heerlijke zonnige graden op onze body inwerken. In de stilte van de nacht dringt het zachte ruisen van de zee door tot in ons hoge bed.
Zaterdag 13 t/m dinsdag 16 november 2021 - Campinglife en de update
Is er toch nog een plek met stroom beschikbaar tot maandag. Verhuizen dus. De douche is super. Harde straal (zonder drukknoppen) in iedere gewenste temperatuur. Heerlijk. Avondeten in het campingrestaurant. Kortom het mag dan een Duitse Pueblo Blanco van mobiele huizen zijn, het kent z’n aantrekkelijkheden.
We volgen de Formule 1 met het hele drama dat zich ontvouwt rondom de illegale achtervleugel van Lewis en “het vingertje” van Max. Poeh. Was gedraaid en ouderwets opgehangen, want hier is geen droger (nodig).
Tijdens de formule 1 eten we met "bord op schoot". De internetverbinding echter laat het grotendeels afweten. Toch pikken we genoeg op om ook wat de formule 1 betreft gefrustreerd te raken. Lewis rijdt indrukwekkend hard en Max krijgt dus niet de gehoopte voorsprong in het kampioenschap. Gelukkig hebben we genoeg wijn.
Op maandag verhuizen we nog eens. Bijzondere buurman, Pseudo Poetin (want: kaal koppie en ontbloot getatoeëerd bovenlijf) krijgen we daar. Hij installeert zijn 15 tons 4x4 truck van een half miljoen met alles drop en dran inclusief twee opvouwbare electrische fatboys én een huurauto op twee kampeerplekken. Nee, naar Afrika gaat ie écht niet. Hij overwintert lekker in Spanje!
De update gaat er uit en wij relaxen nog een dag voor we via de Spaanse woestijn in noordoostelijke richting diverse vrienden gaan ontmoeten.