10 mei 1998 - Bijpraten in Rhodes/Frankrijk
Vanaf Vianden hebben we in de volgende plaatsen overnacht: Beaufort, Echternach, Wasserbillig, Grevenmacher (Wellen-D), Remich, Mondorf-les-Bains, Dudelange, Knutange (F), Ars-sur-Moselle, Pont-a-Mousson (rustdag), Liverdun, Custines, Brin-sur-Seille, Chateau-Salins, Maizieres-les-Vic, Rhodes (rustdag).
Er zit inmiddels wat meer tijd tussen dit en het vorige bulletin. En dat heeft zo zijn redenen. Sinds het passeren van de Franse grens is er het een en ander veranderd. Niet alleen doet het ons goed, dat we op Franse bodem zijn, maar ook het weer werd veel beter. De afgelopen dagen zijn zelfs licht subtropisch. En ook, we nemen letterlijk en figuurlijk meer afstand.
En dan de genoemde veranderingen. Al op de eerste dag de beste in Frankrijk hadden meer leuke ontmoetingen dan alle dagen samen in Luxemburg. Het Nederlandse stel (Rinus en Marian), waarmee we de laatste dagen zo nu en dan een eindje oplopen, hebben vorig jaar het Luxemburgse traject gelopen. Ze hadden het net zo ervaren. Ook zij vonden "onze man in Stolzembourg" de enig leuke Luxemburger. Dit vraagt om uitleg.
De dagmarsen zijn voor iedereen min of meer hetzelfde. Zodoende kom je meestal in dezelfde overnachtings- en/of eetgelegenheden uit. In Stolzemburg nu, was er welgeteld één hotel-restaurant! En daar was onze man. Een wat obscuur ogend tentje, een heftig gebrek aan klandizie en een zwaar vermoeide, bejaarde kok die kettingrokend Eurosport keek. Welnu onze man (de eigenaar dus) in Stolzembourg was zeer verheugd met onze klandizie en sloofde zich uit. We werden, slof, slof, en met een uiterst vriendelijke glimlach bediend. We hadden hem en het café en het restaurant en het hele Gasthaus voor ons alleen. Hetzelfde was het het andere Nederlandse stel vergaan. Over het genoemde Nederlandse stel zij nog vermeld, dat we van hen (en zij van ons) reeds gehoord hadden nog voordat we hen ontmoetten. De informatie werd overgebracht door een Frans wandelend stel en later door een groep van acht Belgen. Uiteindelijk troffen we hen picknickend langs de route. Diezelfde avond zaten ze in hetzelfde restaurant als wij. En zo ging dat nog een paar dagen door. Vandaag hebben wij een rustdag. We zijn benieuwd of en waar we hen weer tegenkomen. Zij lopen "een gat dicht". D.w.z. grote delen van de GR5 (E2) hebben ze al eerder gelopen. En nu hebben ze een maand genomen om vanaf Pont-a-Mousson (in het Franse Moezeldal) over het plateau van Lotharingen (waar we nu zitten) door de Vogezen (komen we over twee dagen aan toe) tot het noordelijke puntje van de Jura te lopen. Zij hebben geen rustdagen gepland. Wij wel!
De route heeft veel verschillende gezichten. Ten tijde van het vorige bulletin liepen we in het Moezeldal in Luxemburg. De Moezel vormt de grens met Duitsland. Dat merk je vooral heel sterk in de plaatsjes die aan de Moezel liggen. En meestal ligt er dan zowel op Luxemburgse als op Duitse oever een plaatsje. En de bewoners gaan volop over en weer. Volgens de man in Stolzembourg onderhielden de grensbewoners ook tijdens de oorlog een levendig contact met elkaar.
Wijnhellingen dus en geleidelijk aan gaat dat over in weidegebied (daar waar de route in het zuiden van Luxemburg westwaarts gaat). Dan volgt er weer golvend bosgebied. Ten westen van de Moezel in Frankrijk: bossen en prachtige dalletjes en een weitje zo hier en daar. Maar ook zijn er de sporen van de (dag-) mijnbouw en vervallen industriestadjes vol met buitenlanders.
Het plateau van Lotheringen (het gebied tussen Nancy en Sarrebourg) is in het eerste deel akkerbouw (koolzaadvelden) en steeds meer overgaand in weidegebieden (schitterende koeien en heel veel stieren). En steeds bossen en meertjes.
En dan staan ons nu de Vogezen met haar colletjes te wachten. Dat wordt zwoegen. Wordt vervolgd...