Route (15 dagen 1.813 km): Encarnación - Trinidad - Hohenau - Ciudad del Este (Saltos del Monday) - (supercarretera north) - (RN10 west) - Curuguaty - (north) - Reserve National del Bosques Mbaracayu - Curuguaty - (RN10) - Emboscada - San Bernardino - Luque - Asuncion - (RN9 n.w.) - Filadelfia - Border PY/BO
PARAGUAY SAMENGEVAT
In erg hoge temperaturen kwamen we in het zuidoosten Paraguay binnen en in eenzelfde hitte reden we er in het noordwesten weer uit. Het was leuk om kennis te maken met een land, dat zo onopvallend is in het Zuid Amerikaanse.
In het groene heuvelachtige oosten is vooral landbouw. Op koloniaal Spaanse aanwezigheid waren we bedacht, maar we werden verrast door de alom tegenwoordige Duitsers en hun invloed. De door hen gestichte dorpen (kolonies) zijn bijna Europees te noemen.
We bewonderden de ruïnes van voormalige Jezuïeten missieposten (Trinidad en Jésus deT.). Bijzonder was het om te ontdekken, hoe de Jezuïeten eeuwen geleden de bush introkken en samen met de inheemse bevolking dergelijke "steden" uit de grond stampten en een zelfvoorzienende economie ontwikkelden.
Iets dat hierop lijkt zijn de kolonies van de Mennonieten op de enorm uitgestrekte en mensonvriendelijke Chaco Boréal in de westelijke helft van Paraguay. Daar is een economie gebaseerd op landbouw, veeteelt en zuivel ontstaan. Deze hete vlakte trokken we over in een kleine twee dagen zonder ook maar één Mennoniet gezien te hebben. Kleine inheemse dorpjes zagen we wel.
Landschappelijk is Paraguay niet spectaculair. Misschien daardoor ervaarden we het vooral als comfortabel. Je beweegt je door een groen en rustig landschap met vriendelijke mensen.
Maar woest kolkte de Saltos del Monday en vochtig warm was het subtropisch regenwoud. De wegen waren, op een paar heftige uitzonderingen na, goed. Tot slot werden we in het verre westen op de Chaco Boréal (weer) verliefd op de prachtige flessenbomen.
Zondag 23 september 2018 (45 km) - Hete Binnenkomst
Vanuit Argentinië rijden we Paraguay binnen via een 2.550 meter lange hangbrug over de Rio Paraná, de San Roque González de Santa Cruz-brug.
Terug in de tijd! Kwamen we om vier uur aan bij het Argentijnse loket, om half vier zijn de formaliteiten voor Paraguay gedaan. Dertig dagen krijgen we om door Paraguay te trekken. Het tijdverschil met Nederland is nu zes uur.
De Republiek Paraguay is ongeveer tien keer zo groot als Nederland en heeft bijna zeven miljoen inwoners, waarvan er 2,2 miljoen in Asunción wonen. Spaans en het Guarani (de taal van de oorspronkelijke bevolking) zijn de twee officiële talen.
De eerste Europeanen arriveerden begin 16e eeuw. In 1811 bevrijdde het land zich van de Spaanse kolonisator en werd het zelfstandig. Paraguay heeft geen kustlijn, het grenst aan Argentinië, Brazilië en Bolivia.
Het land is vernoemd naar de Paraguay rivier, die het (tafellandschap) verdeelt in een oostelijk en een westelijk deel. In het (noord-)oosten liggen heuvelruggen met een gemiddelde hoogte van 400 meter (hoogste top is de Cerro Péro, 842 m). Voor de rest is het vlak tot heuvelachtig. In het noorden is er tropisch regenwoud.
De Gran Chaco is een enorm plateau dat zich uitstrekt over Argentinië, Paraguay en Bolivia. Het is een savanne-achtig droog subtropisch gebied met lage begroeiing. De Chaco Boréal is onderdeel van de Gran Chaco en beslaat zeventig procent van Paraguay. Het is er dunbevolkt (ongeveer vier procent) vooral vanwege de extreme temperatuur in de zomer (50 gr).
In Encarnación is het stil op straat. Alles is gesloten. Alleen aan het strand van de Rio Parana vermaken mensen zich op deze hete zondagmiddag. We bekijken een lieflijke witte kathedraal en rijden dan door naar Trinidad. TOY-wandelend door het dorpje zien we rondom de ruïne van een Jezuïeten Missiepost (Reductie). Van de gebaande wegen af, zijn de kleine huisjes van de zichtbaar in armoede levende inheemse mensen (de Guarani). Een paar straten zijn geasfalteerd en verder is er rode aarde en bijzonder plaveisel.
Tijd voor een camping. Die vinden we bij het Parque Manantial van het Duits(-Paraguayaanse) echtpaar, Rueben&Carla. Drie Duitse overlanders staan verscholen tussen de bomen. Het is een mooi, inderdaad parkachtig, terrein. Met een zwembad! Na de hitte van de dag is het zalig zwemmen.
Opgefrist en wel ontdekken we dat (het overpompslangetje van) de volle dieseltank lekt. Morgen op zoek naar een brug of put. Voor de nacht een emmer eronder.
Het koelt wat af en op de kreten van een pauw slapen we in.
Maandag 24/vrijdag 28 september 2018 (33 km) - Manantial-verblijf
Maandag brengt G door in een garage in Hohenau. Het wordt een hele lange dag. Om zeven uur is hij weer terug met een gerepareerde tankslang. Omdat het hek gesloten is en de familie afwezig, slapen we die nacht voor het hek. Ik kan me na een koude regendag buiten (onder een afdak) eindelijk opwarmen. Want het weer is totaal omgeslagen.
Dinsdag is het nog steeds slecht weer. Te slecht om op pad te gaan, maar prima om in het restaurant aan de gang te gaan met de update.
's Avonds drinken we wijn en kijken we een film (the Mission, 1986, over een Jezuïeten Reductie in dit gebied) in de M.A.N.-campertruck van (Duitse) Kerstin&Ulli.
Woensdag tropische regenbuien. Gewoon dus verder gaan waar we gebleven waren. Na een grote windows-update blijken veel van de navigatieprogramma's niet meer goed te werken. Herstellen kost hier veel tijd met de trage wifi. (Dit is werk, dat we normaal gesproken thuis doen. Deze keer kostten dringende zaken onverwacht een week van de geplande voorbereidingstijd.)
Nog maar eens pizza als lunch.
Op donderdag gaat de update eruit. Mooi op tijd, want het is prachtig zonnig. We zwemmen nadat alle joekels van vliegende mieren uit het zwembad zijn gevist.
Eind van de middag brengt Rueben alle campinggasten (een Zwitsers stel, vijf Duitsers, BG) naar het dorp Hohenau.
Deze kolonie werd begin 1900 gesticht door Duitsers, net als twee nabij gelegen dorpen.
Het is het Fiesta del Nacions. De verschillende verenigingen van immigranten presenteren zich in een optocht en op het feestterrein. Wij eten heel prima in het paviljoen van de Oekraïense vereniging.
Om half tien haalt Rueben ons op in de bus waarmee hij als achttienjarige (in 1980) zijn eerste geld verdiende.
Vrijdag socializen we met het thuisfront en is G een paar uur Garmin-instructeur voor Kerstin. Het is weer warm. Boodschappen in Hohenau en zwemmen. We eten vlees met spinazie uit eigen keuken. Om half acht maken we in Trinidad een rondwandeling-met-gids over het ruïneterrein met klank- en lichtspel. Niet indrukwekkend. Tja, de uitleg is in het Spaans en daar is geen woord Engels bij. Op weg naar de camping genieten we van Heinekenbier en een heerlijke kaasfondue in een klein restaurant van een Zwitser.
Zaterdag 29 september 2018 (247 km) - Het is zover...
We vertrekken echt! Eerst rijden we naar Trinidad om de ruïnes nogmaals, maar nu in daglicht, te bekijken. Prachtig en indrukwekkend groot. Veel details zijn nog intact. Vandaar rijden we naar Jésus de Tavarangué voor een andere beroemde site. Beide ruïnes werden in 1993 op de lijst van werelderfgoed geplaatst. Irritant is het wel, dat er nauwelijks Engelstalige informatie is.
Deze stad was nog niet klaar toen de Jezuïeten moesten vertrekken. Het zou de grootste geworden zijn. Voor wetenschappers van nu is vooral het stadsontwerp intrigerend.
Via een heerlijke rode aarden weg terug naar Hohenau. Inkopen bij de Pronto en superlunch in kaal hotelresto El Fogon.
We rijden naar het noorden over de R6 door golvend landschap met grote landbouwvelden met op regelmatige afstanden graansilo's.
Graan en maïs worden geoogst. Later zien we hoe er meteen een tweede aanplant achteraan komt. Dorpjes met kleur en bedrijvigheid.
Bij Santa Rita rijden we via een kleinere route verder over het Paraná-plateau op zo'n 300 meter hoogte. De temperatuur van 36 graden gaat omlaag met de dalende zon.
Als we in Los Cedrales een heerlijke plek in de tuin van een uiterst vriendelijke familie hebben gevonden, is het 30 gaden. Samen met een zacht windje is het goed te doen.
Weer een hele klus om alle boodschappen op te bergen, de wijn blijkt zoet (!) en vanuit het kleine dorp klinkt feestgedruis.
De vrouw des huizes is jarig en de feestvoorbereidingen zijn in volle gang. Als de gasten er zijn, krijgen we kijkbezoekjes. Onze gastheer komt bijvoorbeeld met zijn vader; "mie faater". Want hij, en jammer genoeg niemand, spreekt Engels.
We slaan de uitnodiging voor het feest (met vlees) af en klimmen om half elf naar boven.
Zondag 30 september 2018 (251 km) - Saltos del Monday
Ontbijten doen we binnen. Het regent. Hoosbuien zijn dat hier. Afscheid van ons gastechtpaar en nog even op hun wifi. Als we geparkeerd staan bij de waterval (Saltos del Monday) is het weer ons goedgezind. Het is even, een soort van, droog. Een indrukwekkende kolkende massa bruinrood water stort zich omlaag. Mooi. Nee, niet te vergelijken met Iguazu, maar toch...
De slagboom van de parkeerplaats reageert nergens op. En er is niemand voor goede raad. Dus manoeuvreert G TOY langs de toegangsboom naar de vrijheid.
In de stortregens ronden we Ciudad del Este. Terwijl we bij een tankstation een sanitaire en tostistop maken, breekt de zon door. Dat rijdt een stuk prettiger. Jammer, het Guarani-museum is gesloten.
Uren van rijden over een tweebaans asfaltweg volgen. Nog steeds op het plateau door golvend landschap met eindeloze graan- en maisvelden. De grote trucks staan in een rij bij de vele en enorme graansilo's en verwerkingsbedrijven. Noedel-TOY-lunchje in de berm.
Eenmaal bij de R10 rijden we in westelijke richting. Eind van de middag vinden we een prima plek op een grasveld achter een Pumastation. Het uitzicht is weids en we hebben wifi bovendien. In de velden voor ons zijn enorme kuddes witte koeien voor de afwisseling. Pasta-hap en zwoele buitenavond.
Maandag 1 oktober 2018 (95 km) - Reserve National del Bosques Mbaracayu
Om zeven uur staan we op. Keutelen, krantje lezen, douchen en genieten van het mooie weer. Als het te warm wordt, gaan we rijden.
Bij Curuguaty slaan we af naar het noorden. Leuke drukke levendige veelkleurige stad. Net buiten de stad belanden we op de weg die onderhanden genomen wordt in een file van wachtenden. Verderop is een protest gaande van de inheemsen. We schuiven zo nu en dan wat op. Uiteindelijk staat alles natuurlijk muurvast. Met moeite zet het boeltje zich na een uur wachten weer in beweging.
De weg wisselt af tussen hobbelig rode aarde en strak asfalt. Het gebied wordt ontsloten en er wordt aan de weg gewerkt. Dat is, er móet aan de weg gewerkt worden. Geen activiteit te bespeuren.
We lunchen een kippenpoot met witte rijst in een lokaal tentje in Villa Ygatimi. Ook nu krijgen we er een bordje met maniok bij. Het lijken langwerpige aardappels met een vezelig droge kleverige structuur. Inclusief cola zijn we 4,50 Euro kwijt.
Via een heerlijk klein weggetje door een Guaranidorpje rijden we richting N.R. Mbaracayu. Ook in deze nederzetting veranderen dingen. Bij de houten en rieten huisjes worden nieuwe stenen huizen gebouwd. Een project voor 63 families lazen we op een bord.
In de schaduw schuilen de families apathisch bij elkaar. Ze reageren op geen enkele manier als we zwaaien of foto's maken. Ook de kinderen niet.
Vriendelijke ontvangst in het N.R. Op de kampeerplek is het windstil en héét met veel stekend ongedierte. We houden ons koest. Wat een vreugde, we kunnen bij de Lodge eten. In een vierkant hok van muskietengaas met een windwaaier, wordt het eten opgediend. Prachtig tafellinnen en serviesgoed. Het terrein herbergt een Collegio (Horeca en Toerisme) voor (inheemse) meisjes uit de regio. De meiden doen ontroerend toegewijd hun werk, heel precies en volgens de regels. We voelen ons weer eens helemaal "out of Africa". En dan heerlijk douchen en in bed.
Dinsdag 2 oktober 2018 (281 km) - Boswandeling, Regen en Modder
Grijs en bewolkt, sterk gedaalde temperatuur. Prima weer voor een wandelingetje. Spectaculair is het niet in dit subtropisch regenwoud. Wel nat.
Uitdampen, koffie, inpakken, douchen en via een iets andere route terug naar de asfaltweg. Op de beoogde binnenroute in westelijke richting is het gigantisch stenig en modderig. Too much, het zouden tachtig errug lange rottige kilometers worden. De asfalt route is, nou ja, niet overal asfalterig. Bij ons dorp (Villa Ygatimi) van kip met witte rijst nemen we nu de "rondweg". In aanleg blijkt, we belanden midden in het project. Na de stortbuien van afgelopen nacht betekent dat modderpoelen, plakkerige rode aarde en diepe sporen.
Asfalt en verder. Maar wat gisteren nog een stoffige rode aarden weg was, is nu ook veranderd in een glibberige modderweg. Vooral in de buurt van de Curuguaty is het spectaculair. De tegenliggers moeten omhoog. Een paar enorme trucks en een bus zijn hopeloos overgeleverd aan tractoren die ze eruit moeten slepen. Kleinere personenauto's staan schots en scheef hun modderig vastgelopen lot te bezien. Glibberend en zigzaggend tussen de vaststaande auto's door, bereiken wij weer het asfalt. Zo!
In Curuguaty vinden we een goed uitgeruste Lavanderie (autowasserij). Modder rijden is niet ons ding en we weten weer waarom. Wat een bende zit er overal. Op een brug wordt TOY onder handen genomen met hoge druk-spuit en sopjes.
Westelijk op de RN 10 lunchen we in een restootje. Voor 3,50 Euro: twee cola en vlees met uien en gebakken eieren en twee broodjes.
De verdere dag rijden we richting Asuncion door grijs en betrokken weer. Een eindje voor de hoofdstad slaan we af naar Hasta la Pasta, voor overlanders een bekende plek. De kortste weg blijkt niet de snelste. Over rode modderwegen gaat het door mist naar de camping.
Gastvrije ontvangst (met bier) door Marion&René (Duits/Zwitsers). Het is al bijna donker. De alom geprezen pasta is er niet. Alles is anders sinds René en maand of vijf geleden een herseninfarct kreeg. Hij is aan het herstellen van een halfzijdige verlamming.
Het wordt dus een TOY-pasta met laatste verse salade. Terwijl ik afwas enzo is G in de campertruck van de (Duitse) Per&Silvia. Hij laat zich uitgebreid informeren over de (elektronische) aanpassingen om met een Euro (4 en) 5 auto op grote hoogte te kunnen rijden.
Woensdag 3 oktober 2018 (45 km) - Asunción
Heerlijke koele slaapnacht. Langs de oevers van een meer (Lago Ypacarai) en Luque, een voorstad, rijden we het drukker wordende verkeer van de hoofdstad in.
In Asuncion melden we ons om half twee bij de garage van Roberto, Mecanicar. G wil van "dat irritante geluidje" af! Roberto spreekt goed Engels om te beginnen. Overleg, proefrijden, praten, kijken, luisteren, bellen,... Het eind van het liedje is, dat we TOY achterlaten. Het irritante geluidje is een ding, maar ook de koppelingsplaat én drukgroep worden vernieuwd. Niet omdat het moet, maar omdat het kan. Hier zijn kundige mensen, onderdelen op voorraad en het is goedkoop.
We graaien wat spullen bij elkaar en een taxi brengt ons naar het Westfalia Hotel, waar Kerstin&Uli ook zijn. Het is een echt Duits Fachbau-Hotel. Zo nu en dan vragen we ons sowieso af, of we niet stiekem gewoon in Europa zijn. Geëmigreerde Duitsers, die in veel opzichten hun stempel hebben gedrukt op Paraguay. Daardoor misschien ook zijn er relatief veel reizende Duitsers. Pensionado's, met een grote overlandtruck meestal.
Met zijn gecrashte teen (vervelend ongeluk) en zwaar onder de morfine is Ulli niet helemaal van deze wereld. Hij is arts én nu ook patiënt. Geen goeie combi, zo lijkt het. Kerstin is blij met onze ondersteuning. We eten met ons drieën in het Westfaliaresto.
Donderdag 4 en vrijdag 5 oktober 2018 (41 km) - TOY en Teen
Donderdagmiddag gaat G per taxi naar de garage. Het euvel is niet gevonden en de montage van de koppeling is nog gaande. G haast de boel wat op. Komt met de TOY terug. Morgen verder.
Ondertussen heeft Uli eindelijk besloten om naar het ziekenhuis te gaan. De nagel gaat eraf en de gekwetste teen wordt gedesinfecteerd.
Die avond vieren we bij Al Capone aan de overkant de stand van zaken. Poeh, een hele prima pizza en de nodige flessen wijn met drankjes voor en achteraf doen ons draaierig in bed belanden. Maar gezellig was het wel!
Vrijdagmorgen na het ontbijt brengt G een paar nieuwe rubbers aan om de garagetheorie te testen. Daarna rijdt hij weer de tien kilometer naar de andere kant van de stad. De cruisecontrol (die het al jaren niet meer doet) weigert nog steeds dienst en dat geluidje..., ach dat geluidje!
Met Kerstin&Uli eten we heel gezellig ten afscheid en slapen dan een laatste grootbednacht. De was is gedaan, TOY op orde, de rit over de Chaco Boréal is in beeld. Toe aan beweging...
Zaterdag 6 oktober 2018 (268 km) - Chaco Boréal
Om tien uur zwaaien K&U ons met zakdoeken uit. Nog even terug, als we de kamersleutel nog blijken te hebben. Heerlijk toertje en wandelingetje door de stad. Het is een wijd uitgespreide stad. Oude krotjes worden afgewisseld met huizen van rijken. Hier en daar oude koloniale gebouwen of zomaar een restje landelijkheid.
Het oude centrum herbergt koloniale gebouwen en het gebied bij de rivier is er gemoderniseerd. Er is een ruime boulevard (de Costanera). Met aan een kant uitzicht op de skyline van de stad en aan de andere kant op de brede Rio Paraguay.
Maar eerst wandelen we rond in het charmante Casa de la Independencia, een museum, Hier werd in het geheim de onafhankelijk van Spanje voorbereid (1811). Het is een typisch Spaans koloniaal gebouw. Witgepleisterd en met ronde dakpannen schuilt het tussen het tumultueuze verkeer en verwaarloosde meer hedendaagse gebouwen.
Over de Costanera rijden we naar de brug die ons over de Rio Paraguay naar de Chaco Boreal brengt. Na een paar dorpen wordt de vlakte leeg. Groen gras, struiken, lage bomen en palmbomen.
Noordwestelijker duiken kleine dorpjes op van de inheemse bevolking. Op de weg zijn vooral 28-meterlange veewagens. Vijfhonderd kilometer verderop zijn een paar Mennonietensteden. Daar is een bloeiende plattelandseconomie. Het gebied produceert vlees, landbouwgewassen en zuivel. Dat alles is uit de grond gestampt in een woestijn droog gebied. door Mennonitische gemeenschappen, die gesticht werden vanaf 1927.
Lekker om weer gewoon te rijden. Nu en dan een stop bij een van de spaarzame pompstations of voor een foto. Om zes uur, tegelijk met de zonsondergang, zijn we op het punt waar de RN5 vanuit het oosten op de RN9 aan komt. Er is dan ook een rotonde, twee pompstations, kraampjes en een dorpje.
TOY staat mooi bij een kleine poel. Bij het nieuwste pompstation is een net restaurant. Genieten. Airco, geen muggen en een vriendelijke ober, die zich energiek de benen onder de kont vandaan loopt. Dankzij de Mennonieten kunnen we hier met Duits uit de voeten. Heerlijk om niet zelf te hoeven koken belaagd door muggen en in de hitte van de avond. Voor nog geen twintig euro!
Nog even krantje lezen en dan slapen we in op de Latin klanken van een naburig tentje.
Zondag 7 oktober 2018 (384 km) - De Mennonietenkolonies
Tot drie uur mochten we meegenieten van de muziek. Nog net kunnen we een forse slang op de weg fotograferen.
Om half tien rijden we de warmte in. Verder op de Trans Chaco Highway, de RN9, die de naam draagt van Presidente Carlos Antonio Lopez. Die dus. Het is dan al 30 graden. Al snel zal dat oplopen naar temperaturen ruim boven de 40 graden.
Rondom vooral struikgewas van het harde taaie stekelige soort, En gelukkig zijn er de palmbomen, die het landschap een echt tropisch sfeertje geven.
De weg heeft goede stukken, maar ook dansen we soms op de lapjesdekenweg of slalommen we om de diepe potholes te vermijden. Door de hitte worden de banden ook te hard, dus laten we er nog een halve bar uit. Zo dat is een stuk comfortabeler, Bij onze koffiestop onder een boom rijden we bijna lek op een scherpe tak.
Over de mennonieten...
Mennonieten zijn van oorsprong volgers van de Priester Menno Simons uit Friesland (Witmarsum, 16e eeuw). Hun principes (o.a. kinderdoop, scheiding kerk en staat, geen militaire dienst) riepen weerstand op en leidde tot vervolgingen. Vanuit Friesland en Noord-Duitsland vluchtten de Mennonieten naar West-Pruisen, waar ze 200 jaar leefden. Door allerlei beperkingen trokken ze door naar Rusland, waar ze o.a. in de Oekraïne het land ontgonnen en graan gingen verbouwen. Door nieuwe vervolgingen en deporaties verspreidden de mensen zich over de wereld. Een paar duizend van hen trokken naar Paraguay.
Op de dorre vlakte van de Chaco wonen nu zo'n 30.000 traditionele mennonieten. Ze spreken het Plautdietsch.
Vanaf 1927 werden drie kolonies gesticht door vluchtelingen uit Canada (Menno), uit de voormalige Sovjet-Unie (Fernheim/Filadelfia) en stichtten de Oekraïns-Duitse Mennonieten de kolonie Neuland.
De Rusland-Duitsers komen oorspronkelijk uit Nederland en Noord-Duitsland. Nederlandse namen kun je er nog altijd tegen komen.
Rond de middag slaan we af naar Loma Plata en Filadelfia. In Loma Plata strijken we neer in Chaco's Grill (een Churrasqueria). Helemaal top. Koelte, fantastisch vlees en een heel goed buffet. Mét toetje. Tientje de man. Genieten.
Toch grappig om hier een heel gebied met Duitse namen tegen te komen. Het is er zoals ons reisboek beschreef, keurig en netjes. Maar we zien niet één Mennoniet. Een paar auto's zien we, de mensen in het restaurant en verder geen mensch. Tja, zondag is hier nog echt "de dag des Heren" blijkbaar. Eerder zagen we wel deze twee stellen.
We raken even in de war als de tijd op enkele apparaten ineens anders is. We zijn ongemerkt een tijdszone gepasseerd.
In de hitte snellen we voort over de 9, die gewoon de 9 blijft. Meer bosjes, zanderiger bodem, dat zijn de veranderingen. Hier en daar de nederige dorpjes en huisjes van de inheemsen. In de stroompalen nestelen de levendige weaverbirds. Althans zo heten ze in Namibië.
In Mariscal Estigarriba maken we een tank- en sanitaire stop voordat we de laatste 300 kilometer naar de grens gaan rijden. Een liter of vijftien zijn we een uur later alweer kwijt. Twee mannen, uit Asunción, staan met hun oude pick-up brandstofloos langs de weg. Een van hen spreekt een mondjevol Engels. Hij is diep onder de indruk van TOY en van G die op zijn eigen levendige manier het probleem oplost. Ook is hij een ultieme F1-fan laat hij weten. Vettelfan weliswaar, maar geïmponeerd door onze Max.
De weg, ach de weg. De redelijke asfaltweg verandert nu en dan in een boosaardig misbaksel. Het asfalt is versleten, zoek geraakt en verworden tot een stof opjagend ding dat hobbelt en bobbelt dat het een lieve lust is om zomaar out of the blue te veranderen in een strakke racebaan. Dan zijn er nog bij de gehuchten de verkeersdrempels, lomada's. Die zijn van een kaliber, dat je best wel wilt afremmen.
Bij La Patria een inheems dorpje is de pomp gesloten. We slaan af op de weg (RN11) die naar de grens met Bolivia leidt.
In de berm vinden we een overnachtingsplek. De zon is onder en dan is het snel nacht, stikdonkere nacht. Maar de 40 graden hitte en de vliegen houden nog lang aan. We wachten het in TOY af en laten de motor met de airco lopen tot het ietsje afkoelt. De nacht is dood- en windstil.
Maandag 8 oktober 2018 (114 km) - Verrassing aan de grens
Sweaty night! De dag warmt snel en heftig op. Tijd voor grotere hoogten in Bolivia.
Vijf kilometer terug naar La Patria. Het station is nu wel open, maar brandstof is er niet. Nada! Gelukkig beschikken we over voorraad. Maar de mannen van gisteren begrijpen we nu des te beter.
Ruim honderd kilometer door hetzelfde land met doornige struiken en de prachtige flessenbomen.
Hier en daar een hek naar een boerderij. Voor de derde keer knalt een klein vogeltje tegen de voorruit.
Tot onze grote verrassing is er in de grote warme droge leegte pal voor de grens een nagelnieuw pompstation. Anderhalve week is het pas open. Je kunt er kamperen, er is een winkeltje, w.c. en douche. Top! Kunnen we alsnog voltanken, zowel diesel als water. Het wordt gerund door een vriendelijke Duitser.
De formaliteiten (Paraguay en Bolivia in hetzelfde gebouw) zijn in een goed half uur klaar ondanks oponthoud door een groep jongelingen. En klaar is ook echt klaar: Paraguay uit én Bolivia in!
Tschüss Paraguay en Hola Bolivia.