home

B&G

  • B&G
  • kinderen
  • kleinkinderen

auto

  • TOY
  • BusCA
  • TOY in 't zand
  • toyota hzj78
  • hzj extreem
  • ons bussie
  • keuze toyota

voorbereiding

  • website
  • kamperen
  • gezondheid
  • documenten
  • proviand
  • gereedschap
  • kaarten en boeken
  • apparatuur
  • gps

FAQ

  • algemeen
  • tips
  • bandenspanning
  • afrika
  • rusland/mongoliĆ«
  • australiĆ«

reizen

gastenboek

  • lezen
  • toevoegen
Kazakhstan-Mongolia 2010
::
russia 1
  • algemeen
  • europe 1
  • ukraine
  • russia 1
  • kazakhstan 1
  • kazakhstan 2
  • russia 2
  • mongolia 1
  • mongolia 2
  • russia 3
  • europe 2
::
reisverslag
Kazakhstan-Mongolia 2010 :: russia 1 :: reisverslag

 

Zondag, 30 mei 2010 – Rusland, check, check en dubbelcheck


Bij de slagboom : een eerste paspoortcheck en “migratio”-formulieren invullen. Dan mogen we de personenenautopijl volgen en na een tweede check van paspoorten en autopapieren en een controle met spiegels van TOY’s onderkant en cabine, op naar de volgende spot. Mmmmm, probleempje. Het formulier dat we in 2-voud moeten inleveren, is in het Cyrillisch gesteld. Een zenuwachtige Rus, die een beetje Frans spreekt heeft niet de rust om te helpen. Met behulp van het tweetalige (!) aanvraagformulier voor het visum (te downloaden bij russia 1 :: route), dat we uit Nederland hebben meegenomen én een beetje afkijken bij de nerveuze buurrus komen we een eind. Een douaneman kijkt even mee en na een paar verbeteringen is het klaar. TOY’s innerlijk wordt  bekeken en als de paspoorten nogmaals gecheckt zijn, mogen we officieel Rusland in. Bij het uitrijden vergeten we bijna te stoppen bij de geüniformeerde  jonge militair, die ons als een gastheer zijn land binnen gebaart. Hij wenst ons een mooie reis.
Zo, al met al heeft het een uur gekost en de meeste tijd is gaan zitten in het Cyrillische formulier.


Rusland dus. Aanvankelijk is het land heuvelachtig en bebost. Later glooiend, heel open en zijn er eindeloze akkers. Net als ik zeg, dat ik de drie-ramige huisjes ga missen, zie ik ze. Weggestopt achter hekken en schuttingen, ietsje vervelozer dan bij de buren, maar toch… Het is goed om die dasja’s met groene tuintjes en al weer terug te zien.
In de eerste plaats die we passeren, zien we een paar woonblokken en net als in Oekraïne, zijn er weinig mensen op straat. De temperatuur is nog steeds heerlijk ondanks een buitje, dat te weinig was om de modder van TOY af te spoelen.
We rijden richting Volgograd (of Wolgograd, vroeger Stalingrad) en nog steeds in het spoor van NaMa. We passeren hun volgende camping, rijden er even op en begrijpen wat Nardi bedoelde met het “niet-idyllische” van een T.I.R.-plek (d.i. P voor vrachtwagens/overnachtingsplek).
We genieten van de weidsheid. Het is precies wat je je ervan voorstelt. Ook dit gebied is een enorme  graanschuur. Slechts nu en dan wordt onze vrije uitkijk belemmerd door bosschages langs de weg en we passeren hier en daar een dorp. Ergens bij een grotere plaats zien we achter een mooi hotel een groep campers staan. Er zijn dus ook andere reizigers op pad. Weliswaar op afstand, maar de eersten hebben we gezien.
We rijden op wegen, die hier beter zijn dan we lange tijd in de Oekraïne hebben gehad. Tot aan de afslag naar Volgograd is er zelfs een heel behoorlijke vierbaansweg.
Op “rijdagen” als vandaag en morgen, tuffen we lekker door, terwijl we fruit eten en droppies (munt!). We drinken water en zetten de i-pod op shuffle om onszelf te laten verrassen. We zingen mee, kletsen of zijn gewoon stil.

Op  glad asfalt lees ik voor uit de reisgids over het gebied waar we doorheen rijden. 
Om een uur of zeven duiken we een restaurantje in. Vooraf is er een flinke koolsalade, Gerard eet vis en ik krijg een bijzondere goulash met aardappelpuree. Voor de bestelling van deze dingen werd de taalbarrière geslecht, omdat het meisje een paar, maar wel de juiste woorden Engels kende. Namelijk fishmeat, beefmeat, salat en patat, wat dus aardappel in alle verschijningsvormen kan zijn.
We kijken even naar de slaapmogelijkheid daar (kleine T.I.R. plek). Toch nog maar even doorrijden, want zo hoog is onze nood nou ook weer niet. Het duurt nog een uur voor de zon onder gaat en in die tijd vinden we vast wel iets.
En jawel, daar is een kleine asfaltweg rechtsaf en een ruime kilometer verder vinden we weer achter bosjes onze nachtplaats.



We kijken uit over een enorme ruimte en de zon gaat onder in kleurig oranje. Maar er zijn toch ook weer muggen.
We bellen met de “bende van vier”, die helemaal op de hoogte is door de laatste website-upload. Terwijl Gerard aan de telefoon is en gestoken wordt, ontdek ik dat er een glazen fles sap (tomaten/wortel) kapot gevroren is.
Aan het werk dus! Lekkere klus met al dat rood.
We genieten van een welverdiend wijntje en omdat we weer een tijdszone (GMT+3) zijn over gegaan, mag Gerard weer een uurtje vroeger naar bed. Ons mobieltje blijkt intelligenter dan we wisten. Want voor wij door hebben dat er iets is veranderd, heeft het de tijd al aangepast. 
We horen krekels en zo nu en dan een passerende auto op de hoofdroute en een paar keer hier op ons weggetje, tot het helemaal stil valt. Tevreden zijn we. Half elf op weg én grensformaliteiten en dan toch nog 550 km op de teller. En nu: lekker slapen in onze dasja-op-wielen op de steppe van Russia…


Maandag, 31 mei 2010 – Met de Wolga naar de Kaspische Zee 


Hadden we al verteld van de change of plans? Namelijk om via Volgograd naar het zuidoosten te rijden, naar Astrakhan aan de Kaspische Zee en vandaar Kazachstan in te reizen. Leek ons wel leuk en we hopen op een beetje woestijn. Veel informatie over dat gebied en de weg hebben we niet. Ook op Google Earth is niet goed vast te stellen hoe het daar is.
Al voor de koffie heeft Gerard (eindelijk!) de V-snaren strakker gezet, zodat we van dat gillende geluid bij het starten verlost zijn. Hij ontdekt dat Toyota de zaken slimmer heeft geregeld dan hij dacht. Echt waar! Simpel: even het binnenspatbord wegduwen en je kunt er met verlengstukken heel makkelijk bij. Toch raar, dat ringsleutel 14 niet mee is!
Dan koffie en (cruesli-) ontbijt en we tuffen terug naar de doorgaande weg. Moeten voor de spoorbomen wachten. Niet omdat er een trein passeert, maar omdat er links en rechts eindeloos lange kolossen van goederentreinen aan het rangeren zijn. Het uitzicht is bijna doorlopend weids en het zilverachtig bloeiende gras maakt er in de wind een mooi  bewegingsspel van.
We steken de Don over (inderdaad, die van de kruiswoordpuzzels!) en direct daarna zien we, tot onze vreugde, zanderige bodem en een dennenbos. TOY weet zich onder controle te houden en blijft netjes op het asfalt.
Nou vooruit dan. Even van de weg af, en toch even dat zand voelen, voor de koffie met bitterkoekjes (yes, al tien dagen van huis en nog steeds niet op!) en dan naderen we Volgograd (spelling van plaatsnamen in dit deel van de wereld is erg divers op kaarten, in boeken en op de borden) met rasse schreden.
We lezen over de slag bij Stalingrad (de vroegere naam van Volgograd) en het niet voor te stellen aantal doden dat er in een slag van 500 dagen viel! Het bleek het keerpunt aan het oostfront, Hitler moest (net als Napoleon ooit) zijn resterende manschappen terugtrekken.
Stad aan de Wolga dus. We laten ons met de verkeersstroom over de slechte stadsstraten meevoeren. Pas als we afgeslagen zijn in zuidelijke richting verbetert het wegdek en de doorstroming aanzienlijk. Al rijdend en stoppend bij de verkeerslichten bouwen we een leuk contact op met de twee inzittenden van een Nissan Pajero. Raampjes open en uitwisselen, duimen omhoog. Bij  het derde stoplicht is het tijd voor het geven van ons kaartje, wat de mannen zeer op prijs stellen.
De stad strekt zich vele kilometers uit langs de rivier, waarvan we nog steeds taal noch teken hebben gezien. En als de stadse bebouwing eindelijk weer groen laat doorschemeren, begint een eindeloos lang industrieel gebied. Raffinaderijen en fabrieken, werkend dan wel onttakeld. De sloop van al die in onbruik zijnde complexen wordt vooralsnog overgelaten aan de tijd  i.p.v. aan een goed slopersbedrijf. (Heee, mannen van van Vliet: er is hier nog een goede boterham bij elkaar te slopen). 30, 40 Kilometer zuidelijk begint de steppe het te winnen van roest en afbrokkelend steen. Er zijn kuddes (koeien, schapen, geiten) met een herder, soms wandelend met stok, dan weer gezeten op een paard. We juichen als we in de verte een glimp van de Wolga opvangen.
Een steppelandschap dus. Hier en daar omgeploegd tot akkerland, waar mensen krom gebogen aan het werk zijn. In de dorpen zien we huizen met daken van eterniet golfplaten. Een fijne mosachtige begroeiing kleurt het grijze eterniet warm geel. Ook hier zijn de ramen rondom beschilderd en zijn er luikjes. Stokoud zijn ze.
Bij een enkel dorpje torent een enorme kerk boven de kleine huizen uit. Een zo’n dorp rijden we in. Langs brede zandwegen staan de huizen slaperig in omheinde tuintjes. Maar ook zien we schotelantennes en airco’s. We volgen een weggetje naar de Wolga. Breeduit glorieert het snelstromende water in het landschap, en dit is nog maar een smallere zijarm van de machtige Wolga.
Bij een huis werken twee jongemannen aan de gevel. Op het bankje voor de schutting zitten de oudjes. Het is en blijft jammer, dat we niet met de oude baas kunnen praten. We zouden graag eens horen, hoe het leven hier was en is.



De temperatuur is opgelopen naar 28 graden en zo nu en dan valt er een bui. Buiten de auto worden we meestal meteen om de oren gezeten door muggen. Zelfs in het kleine restaurant, waar we borsj  (onze beste kennis van de Russische taal en keuken) met brood eten. Deze variant is heerlijk en voedzaam met vlees en veel groenten. Gesterkt gaan we verder op de smalle tweebaans asfaltweg. We blijven ons verbazen over al die houten elektriciteitspalen, die ogenschijnlijk willekeurig alle kanten op lijken te gaan. En het zijn er zóveel, de steppe is er vol mee.
En er zijn kerkhoven. Het dorp ligt links van de weg en het kerkhof rechts in de lege ruimte. In een groot vierkant staan de blauwgekleurde Russisch Orthodoxe kruisen en de graven zijn ook hier versierd met meestal helgekleurde (kunst-)bloemstukken.


 

Op de 400 km lange route naar het zuiden zijn er bij ieder gehucht borden, die je manen zo ongeveer stapvoets (40!) te rijden. De gehuchten liggen overigens meestal minstens 100 meter links van de weg, aan de kant van de Wolga dus. Tuurlijk minderen we netjes vaart. En niet in de laatste plaats, omdat we weten, dat er achter ieder hokkie, heuveltje of struikie politiemannen met een speedgun schuil kunnen gaan.
Laat in de middag zijn we bij Astrakhan in de Wolgadelta en dat is te merken. We gaan verschillende bruggen over van evenzovele armen. Het gaat voorspoedig zo midden in de spits. Slechts een keer moeten we op de inge-



slagen weg terugkeren. En ieder nadeel heeft inderdaad een voordeel: we treffen een goede supermarkt. Gerard mag van het toilet gebruik maken en we hebben weer brood en eieren. Tevreden laten we de stad achter ons en eten in een leuk restaurantje.
Het is een typisch deltalandschap, waarin we zijn. De weg is een hoge dijk en overal is water. Plassen, moerassen, rivierarmen en dus ook bruggen en bruggetjes. De dag vordert, maar voor een bivak is dit niet de ideale omgeving. Onder het motto: we zien wel, rijden we verder in deze natte wereld.  Prachtig is het als we voor het luttele bedrag van twee euro de overkant bereiken over een lekker lawaaiige pontonbrug. Vervolgens vinden we ook nog in de schemer een tankstation (het laatste voor de grens blijkt later), waar met visa betaald kan worden. Voor we het weten zitten we volgens de borden in “Customs Control Area”, zo’n dertig kilometer voor de grens.
Nu wordt het toch echt tijd voor een bivak. Maar ook hier is er sprake van wateroverlast. En wij willen droog staan, natuurlijk. En net, als we besloten hebben dan maar door te rijden tot de grens en daar te overnachten, zien we een pad dat over een dijkje verdwijnt.
Toch weer gelukt! Een polderplek nog wel. Gelukkig ook met droge voeten staan we heel privé. Vanuit een plas laat een compleet kikkervolk zich horen. Muggen zijn er ook weer volop, dus we verschansen ons binnen.
Het is al donker. En zittend op een kastje, geniet ik van het min of meer buiten zijn zonder muggen en een verkoelend windje, dat door het gaas naar binnen waait. Gerard zit beneden en leest voor. Heerlijk, en dan is er ook nog een borrel en slapen we onze tweede en voorlopig laatste Russische nacht.


Dinsdag, 1 juni 2010 - Dag Irina en rustig Rusland


Niet al te vroeg zijn we bij de dag. Nu pas zien we hoe mooi we staan. Er zijn dijkjes, water, gras en in de verte een boerderijtje.



Na het ontbijt hobbelen we het pad terug naar de weg. De grens blijkt dichterbij te zijn dan we dachten, want al snel doemt er een lange, lange rij geparkeerde vrachtwagens op. Zoveel, zo vroeg? En, uiteraard toeren we ze voorbij. 
Bij de slagboom, gaat het vlot, personenauto’s worden apart behandeld van het vrachtverkeer. De eerste slagboom gaat vrijwel direct voor ons open en TOY krijgt een smalle parkeerplek toegewezen tussen andere personenauto’s. TOY’s kont tikt net even de paal met camera´s aan.
De paspoorten worden weer ingescand en op computers overgenomen. De Russische computers worden blijkbaar niet gelinkt. En waarom ook? Op deze manier verdienen veel meer mensen een boterham. Dat het tijd kost, is van minder belang…
Bij het tweede en laatste loket is het Irina, een blonde Russin, die nauwgezet alles (nog eens!) in de computer inklopt. Ze bekijkt de foto´s en ons. Niet zomaar even, maar heel aandachtig vergelijkt ze pasfoto’s en onze hoofden-in-het-echt. En ja, we zijn het! Wij  vermaken ons ondertussen met baltsende vogels.
Alles bij elkaar zijn de zaken hier met 20 minuten geregeld en hebben we het eerste Russische uit-stempel bij ons multiple-entry visum. De laatste controle aan de grenspost levert ons een mooie plastic strip op. Die moeten we afgeven bij een militaire controle ergens verderop. Mooie ouderwetse sovjet degelijkheid, die controle op controle. Toch? 
We stappen in TOY en rijden over de zes km lange dijk met links en rechts het glinsterende water en het frisse groen. Voor de brug over een van de vele Wolga-armen wordt de strip ingenomen en leggen we de laatste Russische kilometers af. 


In Rusland reden we 900 km in 2 dagen.