home

B&G

  • B&G
  • kinderen
  • kleinkinderen

auto

  • TOY
  • BusCA
  • TOY in 't zand
  • toyota hzj78
  • hzj extreem
  • ons bussie
  • keuze toyota

voorbereiding

  • website
  • kamperen
  • gezondheid
  • documenten
  • proviand
  • gereedschap
  • kaarten en boeken
  • apparatuur
  • gps

FAQ

  • algemeen
  • tips
  • bandenspanning
  • afrika
  • rusland/mongoliĆ«
  • australiĆ«

reizen

gastenboek

  • lezen
  • toevoegen
East Mediterranean 2009
::
europe 1
  • algemeen
  • europe 1
  • turkey
  • syria
  • europe 2
::
reisverslag
East Mediterranean 2009 :: europe 1 :: reisverslag

 

Donderdag, 17 september 2009 – Bijna weg

 

Op een dag na de laatste voorbereidingen. Wassen draaien, mailen, bellen,  boodschappen, inruimen, spullen bij elkaar zoeken, … Het schiet op. Nog ff!

 

Vrijdag, 18 september 2009 – Fautje…

 

Nog zo’n dag. Beseffen net na zessen, dat we ook nog de parkeervergunning moeten regelen. Hadden moeten regelen eigenlijk! Gelukkig zijn er morgen een paar “omweg”-mogelijkheden. Nou ja!

 

Zaterdag, 19 september 2009 – Van Utrecht naar Duitsland

 

Parkeervergunningzaakje geregeld (met dank aan Shado), afscheid van ons jongste (kleindochter Zoë, bijna acht maanden) en oudste (oma Nel, bijna 93 jaar) familielid. Thuis de laatste zaken afgewikkeld. Marijke laadt haar auto uit en in tegengestelde richting wandelen wij met de laatste spullen naar TOY.
Om half drie rijden we via de glas- en oudpapiercontainers dan eindelijk in oostelijke richting: via Deventer richting Osnabrück. Zo heeft Mien (ons navi-apparaat) dat bepaald. Het onvermijdelijke tukkie van Gerard dient zich al na een uurtje aan. Opgemonterd verder.

 

Bedenken in de buurt van de grens met DUITSLAND, dat we vlakbij Burkhard en Bärbel zijn. Goed tijdstip ook nog. Om vijf uur rijden we dus hun terrein op. In ieder geval zullen we er een plek voor de nacht vinden. Maar nog beter: onze vrienden zijn thuis. Aan het meertje drinken we Kaffee mit Kuchen.
We stallen TOY met uitzicht op het rimpelloze water en lezen de Volkskrant. Later barbecueën we en zitten we bij een knappend houtvuur. Bijna hebben we het gevoel samen in de bush te zijn. Als ook Ralph en Dietlief (bekenden van Zuid Amerika en andere gelegenheden) ook nog aan komen, kunnen we ons helemaal wentelen in een overlandersgevoel.
Om twaalf uur storten we in een diepe slaap. Alle activiteit en gedoe van de afgelopen dagen eisen hun tol. En, wie weet… hebben deze keer de ook hier tegenwoordige duiven eens last van ons!  

 

Zondag, 20 september 2009 – Eine G’nädige Frau dieper in Duitsland

 

Om kwart over negen zit ik buiten met mijn kleine laptoppie en de Volkskrant. Gerard droomt alles nog een beetje na. De vogels laten zich horen en in de verte is er het snelwegzoemen, maar dichterbij klinkt de fluit van de stoomtrein, die zijn zondagse toeristische ritje maakt.
Ontbijten doen we met Burkhard, Bärbel en zoon Josha in de ochtendzon. Wat een luxe en comfortabele eerste stop is dit.
Gerard en Burkhard zetten nog een paar puntjes op i-tjes bij de TOY. Gisteren bleek, dat er een beetje roest van de satellietantenne op de pas gespoten motorkap was doorgedrongen. Burkhard heeft overal de juiste apparatuur en spullen voor. Dus dat varkentje is snel gewassen.
Bärbel en ik ruimen op, maar vooral hebben we weer veel te bespreken.
Het is half een als we weg rijden. Het eerste half uur voert ons over kleine weggetjes door glooiend landschap, waarin prachtige oude fachwerk-boerderijtjes verspreid liggen. De bomen, veel grote knoestige eiken, beginnen al te verkleuren.
Terug op de E30 zetten we er de sokken in. De snelweg voert ons langs Osnabrück, Hannover, Magdeburg en Leipzig. Er is meer verkeer dan we op deze mooie zondag verwacht hadden. We maken een stop, maar in Würste mit Frieten haben wir keine Lust. Eten doen we dus rijdend en wel uit de eigen broodjeswinkel. Eind van de middag zoek ik op kaart en met Mien een gebied voor verblijf. We hebben geen campinggidsen ofzo mee. We reizen onder het motto: we zien wel! Na Leipzig verlaten we de snelweg. En zo tuffen we via slingerweggetjes door een Ardennenachtig landschap naar Colditz. Inderdaad, die van dat slot met de krijgsgevangenen, die almaar wilden ontsnappen. 
Op camping Colditz is een strenge mevrouw, die onze kennis van het Duits echt niet vertrouwt en herhaaldelijk informeert of we het ”verstanden haben”. Jawohl, G’nädige Frau, we zijn geen Engelsen, die hier normaliter in hordes binnen schijnen te vallen, maar NEDERLANDERS, die uit arren moede iedere vreemde taal leren die op hun pad komt. Want oh, wat reizen die Nierderländer! Want zie: de enige andere levende wezens hier zijn een Nederlands echtpaar op hun weg terug van Tsjechië. Voor de rest zijn er bebladerde velden en lege seizoencaravans.
We raken ingeschreven en krijgen een restaurant-advies. En zo kan het gebeuren, dat we om zeven uur in het “Waldschlösschen” aan een typisch Duitse hap zitten. Er is één niet-Schweinefleisch keuze, en wel rumpsteak, en die krijgen we heftig doorbakken ipv het “rot” wat we besteld hadden. Een bestelling overigens, die de ober de opmerking ontlokt: “so wie die Engländer”. Als we hem vertellen, dat hij met Nederlanders van doen heeft, breken we hem de spreekwoordelijke bek open. We krijgen een uitvoerig exposé over zijn voormalig huwelijk met een Nederlandse. “Seedorf… na …”, eindigt hij zijn betoog raadselachtig.
Om half negen rijdt TOY weer op het plankie en de steen, zodat we niet met de kop omlaag slapen. Gerard kruipt achter de zaterdagse Volkskrant en ik achter mijn lieve nieuwe Eee-PC (volledige doopnamen: Super Hybrid Machine V5.1.2.10117), dat kleine laptoppie dus. En stil, dat het hier is…
En het weer vandaag? Heiig in de ochtend en verder zonnig en temperaturen tot 26 graden.

 

Maandag, 21 september 2009 – Langs Dresden en Tsjechië in

 

Mooie ochtend, helemaal zoals goed is in deze tijd van het jaar. Er vallen hier meer blaadjes dan bij ons.
G’nädige Frau heeft de bestelde broodjes al op ons tafeltje gedeponeerd. Maar eerst de douche. Dat is rennen geblazen, want zodra het muntje gevallen is (in een apparaat buiten de douchecabine), begint het water te stromen. Steenkoud is het! Wachten dan maar en het moet van ver komen kennelijk. Daar gaan mijn kostbare doucheminuten! G’nädige Frau legt later uit, dat dat klopt, maar dat de tweede die douchet direct warm water heeft. Gelukkige Gerard!
Heerlijk, een ontbijt met Deutsche Brötchen en eigen Kaffee! We nemen de tijd, want we hebben ruim drie maanden voor een trip, die ook in minder tijd kan. Denken we. Dus nog meer koffie en (nog meer) krantje. De buren komen en ze krijgen een TOY-toer. Ondertussen wisselen we levenszaken uit…
Om elf uur rijden we weg. Weer een leuke toer richting snelweg en dan “hurry-up”, Bij Dresden snellen we zuid-oostelijk op Praag aan. Vlotjes en soepeltjes gaat het.

 

Een paar kilometer voor de grens met TSJECHIË negeren we het bord, dat oproept tot vignetkoop. Kan verderop bij de grens vast nog wel, denken we. Niet dus. De grens bestaat ook hier gewoon uit de mededeling, dat je Tsjechië binnenrijdt. Tja, dat is Verenigd Europa!  De eerste afrit laat even op zich wachten, maar dan rijden we door dorpjes en over bergen en door dalen op zoek naar een vignetverkooppunt. Het wordt de remmen bijna even de veel als Gerard TOY in ene keer heftig tot stilstand brengt, na een lange en steile afdaling, om een local tot vignetinformatie te verleiden. Wat niet lukt. Mien heeft ons ondertussen weer aardig richting snelweg geloodst. En net ervoor is een benzinestation. Vignet gekocht, gescheurd, geplakt. Legaal en dus rustig trekken we verder tot het weer hoog tijd is voor een tukkie van Gerard. Economisch als we zijn combineren we dat met een plaspauze, koffiestop en lunch. We kunnen weer voort. Langs en gedeeltelijk door Praag gaat het. Zo kunnen we een glimp opvangen van deze mooie stad.
Een eindje voorbij Brno onthult Mien ons het bestaan van camping Formanka in een dorpje langs de snelweg. 
En daar staat TOY op een grasveldje ingeklemd tussen een voetbalveld, vakantiehuisjes en een hotel, dat zijn glorietijd ver achter zich heeft gelaten. Maar er is een net en goed functionerend toiletgebouw en een restaurant. De vrolijk gekuifde ober is vriendelijk, de keuken levert zowaar een echte rode steak en de forel is voortreffelijk. Ook hier schenkt men rode wijn nog net niet in bierglazen, maar veel scheelt het niet!
Eindelijk zijn we begonnen aan het lezen van de Turkije-gidsen. Het vervolg van de route is inmiddels ook bepaald. Hoe dan ook: door Roemenië en dan gewoon zuidelijk blijven rijden. Zo ongeveer.
De snelweg, die zich pal naast ons logies voortijlt, laat flink van zich horen. Maar ja, nu we ons door Europa spoeden, voelt dat voor even als onze natuurlijke habitat.
Het was weer een goede dag: rustig opgestart, goed gereden en temperaturen die zo rond de 25 graden bleven.

 

Dinsdag,  22 september 2009 – Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Roemenië 

 

Het ontbijt (brood, kaas, jam, uitsmijter), bij de overnachtingsplek inbegrepen, is redelijk. Op de koffie na: een enorme bak slappe oploskoffie! Om kwart over negen rijden we, wat totnu ons record is. Niet ver voor de grens met Slowakije wuiven een paar, bij nader inzien, agenten ons toe. Stoppen moeten we. Niet eenvoudig als je met een lekker gangetje van 130 op de inhaalstrook zit. Honderd meter verderop staan we stil op de vluchtstrook. Na aarzeling, dat wel. We wachten. Na ettelijke minuten wandelt een van de mannen naar ons toe. Gerard gaat hem tegemoet. Woest is-ie. Of we niet meteen konden stoppen voor een politiebeambte en heftig wijst hij op de versierselen op zijn mouw. Tja…. Achteruit moeten we op de vluchtstrook tot het punt waar we naar behoren hadden moeten stoppen. Zo gezegd, zo gedaan. Na inspectie van de autopapieren en rijbewijs moeten ook de “lampski” aan. Ja ze doen het. Uit dus weer! Helemaal in zijn element, legt de man ons uit in zijn beste Tsjechisch, dat ze aan moeten zijn EN BLIJVEN. Dat hij ons, onwetende toeristki’s, deze mooie dienst heeft kunnen verlenen, maakt meneer Agent  helemaal blij. Vrolijk zwaaien we terug, terwijl we uit elkaars gezichtsveld verdwijnen.

 

Niet veel later zijn we aan de grens van SLOWAKIJE. Door al het eerdere vignet-gedoe zijn we nu een stuk attenter. En jawel, stoppend bij ieder hok met opschrift “vignetti”, belanden we aan een loket, waar het daadwerkelijk verstrekt wordt. En, weten we nu, ook in Slowakijke moeten de autolichten branden.

 

We toeren Bratislawa voorbij, gaan de Donau over en wippen pardoes HONGARIJE binnen. En verder gaat het in de richting van Boedapest. In de buurt van Kecskemet lunchen we. Nu we in Hongarije zijn, moet er iets goulash-achtigs gegeten worden natuurlijk. Een wegrestaurant biedt goede uitkomst. En de goulashsoep is geweldig. Er ligt een halve koe aan vlees in en natuurlijk bonen…! De bonen? Die hebben zich later die middag fors laten gelden.
Tevreden trekken we verder in zuid-oostelijke richting. Wij, en niet Mien deze keer, besluiten dat we in het zuiden van Hongarije strak oostwaarts Roemenië in gaan.
Voor de trip door Europa naar Turkije gebruiken we Mien en de Michelin wegenkaart voor Europa. Gidsen over de landen, waar we doorheen reizen, hebben we niet. Toeristische bezoeken zitten niet in en de planning van routes dienen zich vanzelf aan, alsook overnachtingsmogelijkheden. Jawel, we gaan voor het avontuur.
In de buurt van Zseged ontdekken we, dat NaMa ook op deze route zaten. We zien (en fotograferen) de camping waar ze (op de heen- of terugreis) overnachtten. Even het dilemma oplossen: hier ergens overnachten (Mien heeft campings opgesnord) of nog ff door. Drie uur vinden we te vroeg voor de stop. Dus door richting grens.

 

De grenspassage naar ROEMENIË is een kwestie van met de paspoorten wuiven, vignet kopen, 20 Euro wisselen en verder maar weer. Oh ja, en de tijd. Oeps, uurtje vooruit! Oké dan. Doorgaan tot we een mooie wildplek of camping vinden, zit er niet meer in. Niet getreurd. Het Best Western in Arad biedt goed eten en wijn én wifi op de kamer. En natuurlijk: een douche.  
En dan maar weer slapen. Op een gewoon bed. Arme TOY! Maar ook: arme wij. Omdat het warm was op de kamer zetten we de ramen wijd open. Dat brengt ons muggen, die ons bijna de hele nacht treiteren met steken en gezoem. Gerard slaapt er nog redelijk doorheen, maar ik ben tot een uur of half vijf wakker.

 

Woensdag, 23 september 2009 – Van spalatories en saaie wegen
 
Het ontbijt is prima en de koffie fan-tas-tisch. Voor een ochtendkoffiefreak als ik ben, is dit een heerlijk begin. Gerard ordent way-points en tracks van NaMa en O&I en ik download het een en ander.
We kunnen weer en … voorlopig geen hotels meer. Arad is een leuk stadje met een centrale allee met bomenrijen en prachtige gebouwen in pasteltinten. Overal zijn terrassen, waar mensen van hun ochtendkoffie genieten.
Aanvankelijk hebben we op de doorgaande weg (E68, een tweebaans provinciale weg) de nodige vrachtkolossen voor ons, maar na het nodige passeerwerk wordt de weg meer en meer voor ons alleen.
De vlakte met graanvelden gaat over in heuvellandschap en de weg kronkelt met een riviertje mee. 
Na een simpele lunch in een van de vele, vele wegrestaurants, die net als de autowasserijen (ofwel “spalatories”.) de vrachtwagenchauffeurs bedienen, beginnen we het saai te vinden. Best mooi is het landschap, maar dat is het dan. Er zit geen spanning in. Bij Deva slaan we af in zuidelijke richting. Aanvankelijk rijden we door een vlakte met veel industrie. Naast werkende fabrieken zijn er wegroestende en in staat van ontbinding zijnde bouwsels met een eigen schoonheid.
We klimmen omhoog de Karpaten in. Hier bevalt het ons beter. De Surducpas zit op ruim 1.500 meter, waarna een mooie afdaling volgt. Een deel van de route loopt door een nauwe kloof. Via Târgu Jiu gaan we in de richting van Pitesti, waar we de snelweg op kunnen. Want vanaf hier willen we de snelste route naar de grensovergang. 
Nu nog een plek voor de nacht. Het is even zoeken geblazen, maar uiteindelijk zien we een terrein met piepkleine vakantiehuisjes op groen gras onder grote eiken. Een camping dus (vlak voor Horezu). We rijden het terrein op, ontwijken de grazende koe en spreken een vrouw aan, die vuil staat te verbranden. Een jong meisje beheerst een paar woorden Engels en zo kan het gebeuren, dat “fifty four Lei” er 15 blijken te zijn (= 3 Euro). Een blik in de keuken van het restaurant doet ons naar de voorraadladen van TOY vluchten en de w.c. is alleen geschikt voor superhoge nood. Maar het uitzicht is prachtig en de eiken majestueus. We maken nasi, drinken een wijntje en duiken vroeg in bed.

 

Donderdag, 24 september 2009 – Stroomstoring en Bulgarije

 

Om half tien rijden we zowaar weg. Alles gaat goed tot Râmnicu Vilcea. Zowel de Mien als TOY geven een waarschuwing. De auto accu’s zijn allebei helemaal leeg! Om een vrij lang verhaal een tikkie korter te maken: Gerard constateert (na bellen met Rien, onze stand-by-TOY-deskundige, lezen van handleidingen, denken, redeneren, deduceren, meten, loskoppelen, nog eens meten, overleg, meten, ….), dat het diodescheidingsblok kapot moet zijn. Toch een opluchting, dit is beter dan een dynamo, die het begeven heeft. Informatie bij een gloednieuwe Toyota-dealer had ons al duidelijk gemaakt, dat onderdelen uit Oostenrijk worden gehaald. En dat duurt minstens een week. Gerard koppelt het blok los en de enige consequentie is, dat de camperaccu niet meer automatisch wordt bijgeladen tijdens het rijden. Maar daarvoor zijn andere oplossingen.
Om een uur of een zijn we eindelijk weer onderweg. Als de accu’s voldoende vol zijn, kiezen we een mooi restaurantje voor een lunch.
Daarna delen we de weg met heel veel vrachtverkeer. We zijn dan ook blij om de snelweg (E75) op te kunnen rijden. Dat schiet lekker op tot Bucuresti (Boekarest). De rondweg bestaat uit een smalle, slechte weg met diepe sporen. De weg zuidelijk van Boekarest is gelukkig beter en breder. De grensplaats Giurgiu bereiken we om vijf uur.

 

We rijden de brug over de Donau en we zijn in BULGARIJE. In Veliko Tarnovo willen we overnachten. In het spoor van NaMa rijden we het stadje in. Helaas vinden we geen camping, maar staan we aan de toegangsbrug van een, zo op het oog, prachtig kasteel. Dat is toch een foto waard. Stadje uit en verder richting Gabrovo. En dan ineens is er het bordje: “Kemping”. Het is donker als we camping Strinava gelegen in een smal dal oprijden. De jonge beheerder geeft ons korting, want het is koud en donker en we zijn alleen. Voor 5 Euro mogen we de nacht er doorbrengen en krijgen we zijn 06-nummer in geval van nood. Eten (even zoeken) doen we in restaurant Anyka een stukje verderop in de kloof. Er is een open haard, goed eten, Bulgaarse wijn en wifi. Een in Bulgarije wonende Nederlander geeft ons toeristische tips en onze laptops worden gratis volgestopt met stroom.
Om half elf gaan we naar de kale, koude en donkere camping. We kruipen snel in bed en slapen heerlijk.

 

Vrijdag, 25 september 2009 – Bulgarije uit en Turkije in

 

Na koffie en crackers rijden we tegen tienen weg van dit stille en steile dal. De bosanemonen van NaMa zijn er niet, wel beginnende herfstkleuren, wat deze mooie plek ook niet misstaat.
We gaan verder op de ingeslagen weg en het blijkt een prachtige route over kronkelende bergwegen met hier en daar mooie vergezichten. De Sipka-pas is helaas afgesloten.  De oude weg loopt wat lager, maar is ook de moeite waard. Op een oude slinger van deze weg houden we koffiepauze. We ontmoeten er een wandelende Bulgaarse (met zwijgende man en hond) en opgewekt vertelt ze dat zij erg graag meer toeristen naar dit gebied wil halen.
Na de omleidingsroute gaat het sneller, een poosje in ieder geval. Via Kazanlak, Stara Zagora belanden we in Harmanli, waar we lunchen.
Om half vier zijn we bij de grens. We hebben op het laatste stuk een bijzondere mix van snelle provinciale wegen, bar slecht gatenasfalt, hobbelige onverharde omleidingswegen en een nieuw stuk snelweg onder de banden gehad.

 

Een half uur later zijn we Bulgarije uit en zijn we voorzien van visum en stempels TURKIJE binnengereden. Via Edirne bereiken we de camping, waar ook NaMa geweest zijn. Tenminste … dat vermoeden we, want we hebben geen waypoints van hun overnachingen.
Twee Franse campers staan voor de half openstaande hekken. Er is niemand te zien. We bewegen ze ertoe gewoon een plekkie te zoeken. De formaliteiten komen vast wel. De camping is in buitenseizoense staat: helemaal leeg, net als het zwembad, maar het toiletgebouw is open en er is warm water.
De zon schijnt er nog steeds lustig op los en ook vandaag hadden we, na de nodige opwarmtijd, temperaturen van ergens rondom de 25 graden.

Hè, hè, tijd voor rust, tukkie, boekie. Hier kunnen we Europa (na 2650  doorrij-kilometers) afsluiten en aan deTurkse trip beginnen. Na de macaroni met kaassaus werken we op de laptops om morgen alles klaar te hebben voor de site.